Uitspraak
beslissing
RECHTBANK AMSTERDAM
hierna gezamenlijk te noemen: verzoekers
hierna: de rechters.
1.De procedure
- het proces-verbaal van de zitting van 31 mei 2023, met daarin de toelichting en de reactie op het namens verzoekers gedane verzoek aan de rechters om zich te verschonen en het nadien gedane wrakingsverzoek, waaraan is gehecht de e-mail van mr. Van der Horst van 30 mei 2023 aan de griffier, waarin de leden van de rechtbank worden verzocht zich te verschonen;
- het vonnis van 10 mei 2023 in de strafzaak van medeverdachte [naam] met betrekking tot de parketnummers 13/158332-21 (A) en 13/326921-21 (B; gevoegd) (vindplaats ECLI:NL:RBAMS:2023:3266).
2.De feiten
3.Het wrakingsverzoek en de reacties daarop
- er een partij cocaïne van 1500 kilo is ingevoerd in container [nummer] ;
- dat over deze partij is gecommuniceerd middels SkyECC en Encro-accounts;
- dat [naam] is geïdentificeerd als gebruiker van een aantal van deze accounts;
- dat die communicatie bruikbaar is voor het bewijs en dus rechtmatig is verkregen en betrouwbaar is;
- dat ook de identificatie kennelijk betrouwbaar is geoordeeld en rechtmatig is geacht;
- dat met mededaders is gecommuniceerd over een loods, het vervoer naar een loods, het uithalen van lading en de diefstal van een deel van de lading;
- dat [naam] ten aanzien van de invoer van die lading een logistieke (en dus geen organiserende) rol heeft gespeeld;
- dat er is gecommuniceerd over het gebruik van een compressor voor ‘pap’ en ‘blokken’.
Daarnaast is in het vonnis overwogen: “
De rechtbank grondt haar beslissing dat verdachte het bewezen geachte heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat. Indien tegen dit verkort vonnis hoger beroep wordt ingesteld, worden de door de rechtbank gebruikte bewijsmiddelen die redengevend zijn voor de bewezenverklaring opgenomen in een aanvulling op het verkort vonnis.” Uit deze overweging kan volgens verzoekers niet worden opgemaakt welke bewijsmiddelen de rechtbank heeft gebruikt en dus betrouwbaar geacht. Wel worden verzoekers in de processen-verbaal waarin bovengenoemde communicatie is beschreven als gesprekspartners benoemd.
Gelet op alle omstandigheden van het geval – waaronder het procesverloop – hebben verzoekers de gerechtvaardigde vrees dat de rechters niet meer onbevangen zullen kunnen beslissen in hun strafzaken. Om die reden hebben verzoekers de rechters eerst verzocht zich te verschonen en nadat de rechters te kennen hadden gegeven hiertoe niet te zullen overgaan, hebben verzoekers de rechters gewraakt.