Op 5 april 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende een Europees aanhoudingsbevel (EAB) dat was uitgevaardigd door de regionale rechtbank in Poznań, Polen. De zaak betreft de opgeëiste persoon, geboren in Polen, die zonder vaste woon- of verblijfplaats in Nederland gedetineerd was. De rechtbank heeft de behandeling van het EAB op 22 maart 2023 gehouden, waarbij de officier van justitie, mr. M. al Mansouri, aanwezig was, evenals de opgeëiste persoon en haar raadsvrouw, mr. S.W. Kuijpers. De rechtbank heeft de termijn voor de uitspraak op grond van de Overleveringswet met 30 dagen verlengd.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het EAB voldoet aan de eisen van de Overleveringswet en dat er geen weigeringsgronden zijn die aan de overlevering in de weg staan. De opgeëiste persoon is beschuldigd van oplichting en diefstal door twee of meer verenigde personen, en de rechtbank heeft geoordeeld dat de feiten waarvoor de overlevering wordt verzocht, voldoen aan de criteria van de Overleveringswet. De rechtbank heeft ook overwogen dat er geen reëel gevaar bestaat voor schending van het recht op een eerlijk proces in Polen, omdat de opgeëiste persoon geen bewijs heeft geleverd dat de structurele gebreken in de Poolse rechtsorde haar zaak hebben beïnvloed.
Uiteindelijk heeft de rechtbank besloten om de overlevering van de opgeëiste persoon toe te staan, en deze uitspraak is gedaan door de voorzitter, mr. A.J.R.M. Vermolen, en de rechters mrs. R. Godthelp en L. Sanders, in aanwezigheid van griffier mr. F.A. Potters. Tegen deze uitspraak staat geen gewoon rechtsmiddel open, conform artikel 29 van de Overleveringswet.