1.12.In artikel 6 van de akte van levering van 30 november 2022 is het volgende vermeld:
“(…) Koper gaat ermee akkoord dat verkoper, nu koper op basis van de koopovereenkomst hierbij belang heeft, de vernietiging verzoekt casu quo nietigheid vordert en/of verklaringen voor recht vordert ter zake de besluiten 2, 8 en 9 zoals genomen in de vergadering van eigenaars de dato zestien november tweeduizend tweeëntwintig. (…)”
2. [verzoekers] verzoekt de kantonrechter in een beschikking uitvoerbaar bij voorraad het besluit van de eigenaarsvergadering van 16 november 2022
terzake agendapunt 2 (benoeming bestuurder)
a. te vernietigen wegens strijd met de redelijkheid en billijkheid en te verklaren voor recht (primair) dat zolang de grooteigenaar niet heeft voldaan aan de betalingsverplichting die voortvloeit uit het vonnis van 30 juni 2022 de VvE niet in redelijkheid kan besluiten de heer [naam 3] en/of [naam 4] en/of [naam 5] te benoemen tot bestuurder, dan wel (subsidiair) dat de grooteigenaars in zijn/hun hoedanigheid van bestuurder(s) geen bemoeienis mogen hebben met de executie van het vonnis van 30 juni 2022 en onrechtmatig handelen indien zij zonder toestemming van de overige eigenaars het beslag (laten) opheffen;
terzake agendapunt 5 (dakterras en waterpomp)
te vernietigen wegens strijd met de redelijkheid en billijkheid en te verklaren voor recht dat de VvE in redelijkheid niet kan besluiten om op het dak van de uitbouw een terras te realiseren en warmtepompen en/of overige installaties te plaatsen, behoudens toestemming van de eigenaar van het appartementsrecht met index 1;
terzake agendapunt 8 (dakkoepel)
te verklaren voor recht dat geen besluit ter zake agendapunt 8 is genomen, subsidiair het besluit te vernietigen;
te verklaren voor recht dat het onredelijk is van de VvE om te besluiten tot permanente verwijdering van de dakkoepel, behoudens instemming van de eigenaar van het appartementsrecht met index 1;
te verklaren voor recht dat de dakkoepel behoort tot de gemeenschappelijke gedeelten en gemeenschappelijke zaken en de kosten van onderhoud, vervanging, herstel en vernieuwing voor rekening komen van de gezamenlijke eigenaars;
terzake agendapunt 9 (verrekenen voorschotbijdragen)
primair te verklaren voor recht dat geen besluit is genomen, subsidiair het besluit nietig te verklaren en meer subsidiair het besluit te vernietigen;
en de Vve te veroordelen in de proceskosten, waarbij [verzoekers] als lid van de VvE niet conform haar aandeel hoeft bij te dragen in de proceskosten, inclusief de eventuele advocaatkosten van de VvE.
3. [verzoekers] stelt -kort samengevat- dat het besluit om [naam 3] tot bestuurder te noemen vernietigbaar is wegens strijd met de redelijkheid en billijkheid, omdat sprake is van een belangenconflict nu de grooteigenaar (waaronder [naam 3] ) is veroordeeld tot betaling van VvE-bijdragen en er executoriaal beslag is gelegd. Het geeft geen pas dat de grooteigenaar voor dit besluit zijn absolute meerderheidsstem heeft gebruikt. Dat een externe beheerder of een andere (externe) bestuurder de renovatiewerkzaamheden aan het trappenhuis niet kan regelen is onjuist en een gelegenheidsargument. [naam 3] heeft in het verleden een dakopbouw gerealiseerd zonder toestemming van de VvE en drukt bij herhaling besluiten door. Het ziet er naar uit dat hij als bestuurder het beslag wil laten opheffen om een executieveiling te voorkomen.
4. Ten aanzien van het besluit met betrekking tot het dakterras/de warmtepomp stelt [verzoekers] dat de grooteigenaar geen (redelijk) belang heeft, terwijl de plaatsing voor [verzoekers] /haar rechtsopvolgers tot diverse praktische bezwaren leidt, nu [verzoekers] haar appartementsrecht zonder dakterras en warmtepomp op het dak van de uitbouw heeft verkocht. Bovendien is de ruimte op het dak beperkt en levert een dakterras geluidsoverlast op en vanwege de aanwezigheid van een transparante koepel een inbreuk op de privacy van de eigenaar van appartementsrecht met index 1. Ook zijn er geen voorwaarden gesteld aan de verlening van de toestemming. Het besluit met betrekking tot de warmtepomp is onbegrijpelijk en een dergelijke pomp zou, als deze op het dak wordt geplaatst, geluidsoverlast opleveren. Er zijn minder bezwarende locatie voor een warmtepomp.
5. Ten slotte stelt [verzoekers] primair dat er over de agendapunten 8 en 9 geen besluiten zijn genomen.
Verweer
6. De VvE heeft verweer gevoerd. Zij stelt zich op het standpunt dat [verzoekers] niet ontvankelijk is in haar verzoeken omdat zij geen belang meer heeft bij de verzoeken nu zij sinds 30 november 2022 geen lid meer is van de VvE en het verzoek dateert van 15 december 2022. Voorts voert de VvE aan dat er ten aanzien van agendapunten 8 en 9 door de vergadering geen besluiten zijn genomen.
7. De benoeming van [naam 3] tot bestuurder is niet in strijd met de redelijkheid en billijkheid. Hij heeft kennis en ervaring op het gebied van herstelwerkzaamheden. Per abuis heeft hij de voorschotbijdragen niet voldaan. Op 6 juni 2023 is de schuld aan de VvE voldaan door overmaking van in totaal € 10.630,00 naar de bankrekening van de VvE. Afgelopen week is het trappenhuis gedaan, waarmee een bedrag van € 7.000,00 inclusief btw was gemoeid. Dit bedrag is verrekend met de openstaande schuld. Er is nooit een professionele beheerder bestuurder geweest, mede uit kostenoverwegingen. Na de benoeming is niet gebleken van enig onbehoorlijk bestuur. [naam 3] heeft ook niet de beslaglegging willen beëindigen danwel een veiling willen voorkomen. Het is [verzoeker 1] die [naam 3] heeft tegengewerkt. Nu [verzoekers] haar appartement heeft verkocht speelt dit niet meer.
8. Uit het besluit over de warmtepomp kan niet worden opgemaakt dat deze op het dak van de uitbouw dient te worden geplaatst. Aanvankelijk wilde [naam 3] dat deze op het balkon van de eerste etage zou worden geplaatst, waarvoor geen toestemming van de VvE is vereist. Het ging niet om de definitieve plaatsing. Er zal een vergunning moeten worden aangevraagd en de warmtepomp zal moeten voldoen aan de gemeentelijke voorschriften.
9. Ten aanzien van het besluit over het dakterras voert de VvE aan dat deze niet kan worden aangelegd zonder gemeentelijke vergunning, waarbij rekening zal moeten worden gehouden met inkijk en privacy.
10. Het verzoek is tijdig gedaan.
11. De VvE heeft aangevoerd dat [verzoekers] geen belang heeft bij vernietiging van de besluiten, omdat [naam 1] en [naam 2] vanaf 30 november 2022 eigenaar zijn geworden van het appartementsrecht met indexnummer 1. Dit verweer faalt. Het gaat immers om besluiten van een vergadering die plaatsvond op een moment waarop [verzoekers] nog lid van de VvE was. [verzoekers] werd daarom op dat moment nog gebonden door de besluiten. Pas na de eigenaarsvergadering heeft [verzoekers] haar eigenaarsrechten overgedragen. Uit de overgelegde akte van levering blijkt ook dat de onderhavige besluiten tot overleg tussen [verzoekers] en de kopers hebben geleid, waarna zij zijn overeengekomen dat [verzoekers] het onderhavige verzoekschrift zou indienen. Niet uitgesloten is dat als de besluiten van de VvE niet worden vernietigd dan wel nietig verklaard, de nieuwe eigenaars [verzoekers] voor de (financiële) gevolgen daarvan aansprakelijk zullen stellen. Gelet op het vorenstaande heeft [verzoekers] belang bij dit verzoek.
12. Op grond van artikel 5:130 BW is de kantonrechter bevoegd te oordelen over een verzoek tot vernietiging van een VvE-besluit. Een verklaring voor recht dat een besluit nietig is, dient in beginsel bij de rechtbank en niet bij de kantonrechter te worden ingediend. In zijn arrest van 10 juli 2020 (ECLI:NL:HR:2020:1275) heeft de Hoge Raad echter overwogen dat in een verzoekschriftprocedure bij de kantonrechter tot vernietiging van een besluit van een orgaan van de VvE op de voet van artikel 5:130 lid 1 BW in verbinding met artikel 2:15 BW tevens een beroep op de nietigheid van dat besluit aan de orde kan worden gesteld. De kantonrechter kan zich derhalve ook buigen over de vraag of het besluit nietig is en zal dat ook doen. 13. Op grond van artikel 2:14 lid 1 BW is een besluit van een orgaan van een rechtspersoon, dat in strijd is met de wet of de statuten, nietig, tenzij uit de wet iets anders voortvloeit.
14. Op grond van artikel 2:15 BW is een besluit van een orgaan van een rechtspersoon, onverminderd het elders in de wet omtrent de mogelijkheid van een vernietiging bepaalde, vernietigbaar wegens (a) strijd met wettelijke of statutaire bepalingen die het tot stand komen van besluiten regelen, (b) strijd met de redelijkheid en billijkheid die door artikel 2:8 BW worden geëist of (c) strijd met een reglement.
15. Artikel 2:8 lid 1 BW bepaalt dat een rechtspersoon en degenen die krachtens de wet en de statuten bij zijn organisatie zijn betrokken, zich als zodanig jegens elkaar moeten gedragen naar hetgeen door de redelijkheid en billijkheid wordt gevorderd. Een besluit is vernietigbaar indien het naar inhoud of totstandkoming in strijd is met de voornoemde gedragsregel. De toetsingsmaatstaf is of de vergadering van de VvE bij afweging van alle bij het besluit betrokken belangen in redelijkheid en naar billijkheid tot het besluit heeft kunnen komen. Het gaat daarbij om een marginale toetsing van het besluit.
besluit over benoeming bestuurder
16. Aan de orde is de vraag of het besluit waarbij de vergadering [naam 3] heeft benoemd tot bestuurder van de VvE in strijd is met de redelijkheid en billijkheid.
17. Uit de stukken is gebleken dat de grooteigenaar gedurende langere tijd de VvE-bijdrage niet heeft betaald, waardoor de VvE genoodzaakt is geweest de grooteigenaar in rechte te betrekken hetgeen heeft geleid tot een verstekvonnis, waarna de VvE, nu betaling uitbleef, is overgegaan tot het leggen van executoriaal beslag. De kantonrechter is met [verzoekers] van oordeel dat het ongewenst is dat een lid waartegen kort voor de benoeming tot bestuurder een vonnis tot betaling van de VvE-voorschotbijdrage is gewezen, waaraan nog geen uitvoering is gegeven en waarvoor een executoriaal beslag ligt, tot bestuurder wordt benoemd. Dit te meer, nu niet is gebleken dat de grooteigenaar bij het nemen van dit besluit rekening heeft gehouden met het minderheidsbelang van de overige leden en de overige leden hebben tegengestemd. Dat de grooteigenaar enige jaren geleden zonder de vereiste toestemming van de VvE een opbouw op het pand heeft gerealiseerd speelt, nu deze opbouw inmiddels is geformaliseerd, thans geen rol meer.
18. Gelet op het vorenstaande had de VvE in redelijkheid niet kunnen besluiten [naam 3] te benoemen tot bestuurder. De VvE heeft tijdens de mondelinge behandeling aangevoerd dat de grooteigenaar inmiddels heeft voldaan aan de betalingsveroordelingen uit het verstekvonnis door een bankoverschrijving op 6 juni 2023 (kantonrechter: een dag voor de mondelinge behandeling) van € 10.630,00 en verrekening met een bedrag van € 7.000,00, zijnde de door de grooteigenaar voorgeschoten kosten voor de inmiddels afgeronde werkzaamheden aan het gemeenschappelijk trappenhuis. [verzoekers] kon bij gebrek aan wetenschap de bankoverschrijving niet bevestigen. Of de VvE dit bedrag daadwerkelijk heeft ontvangen is dan ook niet komen vast te staan. Echter, de VvE heeft de kosten en de betaling door de grooteigenaar van de renovatiewerkzaamheden niet met stukken onderbouwd, zodat deze niet zijn komen vast te staan. Daar komt bij dat een goed bestuurder financiële zaken van de VvE en privézaken strikt gescheiden dient te houden. Zo moeten opdrachten voor werkzaamheden aan gemeenschappelijke zaken/gedeelten door de bestuurder van de VvE, indien vereist nadat de leden hiertoe hebben besloten op een ledenvergadering, namens de VvE worden gegeven en betalingen (transparant) via de VvE-bankrekening lopen. Bovendien is elk lid, dus ook een bestuurder, gehouden maandelijks de VvE-voorschotbijdrage te betalen en mag niet achteraf tot verrekening worden overgegaan. Wat van de betalingen ook zij, het neemt de onredelijkheid van het besluit ten tijde van het nemen van het besluit niet weg.
19. Gelet op het vorenstaande had de VvE – gelet op de redelijkheid en billijkheid – niet tot dit besluit kunnen komen, zodat dit vernietigbaar is. Dit leidt ertoe dat het verzoek tot vernietiging van dit besluit zal worden toegewezen.
besluit over dakterras en warmtepomp
20. Dan is de aan de orde de vraag of het besluit waarbij de vergadering heeft besloten tot “Dakterras op 1 hoog en plaatsing warmtepomp” in strijd is met de redelijkheid en billijkheid. Dat is het geval. Het volgende is daarvoor redengevend.
21. Blijkens artikel 17 lid 1 onder a van het modelreglement, waarvan in de gewijzigde splitsingsakte niet is afgeweken, is het dak van de uitbouw van de begane grond gemeenschappelijk. Dat is in deze procedure ook niet betwist door de VvE. De verzochte verklaring voor recht zal dan ook worden gegeven.
22. Uit een besluit om aan een eigenaar toestemming te verlenen om een dakterras op een gemeenschappelijk gedeelte te realiseren dient te kunnen worden afgeleid of sprake is van een tijdelijk gebruiksrecht (met gebruiksovereenkomst) of een permanent (dus overdraagbaar) recht. Voorts dient uit het besluit onder meer te blijken aan welke constructieve vereisten het dakterras dient te voldoen, wat de omgrenzing is van het dakterras en wie bij schade door het dakterras aansprakelijk is en wie de onderhoudskosten draagt. In dit geval is ook sprake van een doorzichtige koepel in het betreffende gemeenschappelijke dak. De vrees van [verzoekers] dat aanleg van het dakterras leidt tot een inbreuk op de privacy van de eigenaar van appartementsrecht 1 acht de kantonrechter dan ook gerechtvaardigd. Nu de gebruiksgerechtigde van het dakterras een ander is dan de bewoner van de woning onder het dakterras, is het aannemelijk dat geluidsoverlast zal ontstaan. De gemachtigde van de VvE kon tijdens de mondelinge behandeling ook niet aangeven op welk gedeelte van het gemeenschappelijk dak het dakterras dan zou worden geplaatst. Niet gebleken is dat de VvE met dit alles rekening heeft gehouden. Het besluit van de VvE is immers uiterst summier. Aan welke voorwaarden de warmtepomp dient te voldoen en waar die zal worden geplaatst blijkt ook niet uit het besluit.
23. De kantonrechter concludeert dan ook dat de VvE – gelet op de redelijkheid en billijkheid – niet tot dit besluit had kunnen komen, zodat dit vernietigbaar is. Dit leidt ertoe dat het verzoek tot vernietiging van dit besluit zal worden toegewezen.
ten aanzien van agendapunten 8 en 9
24. Blijkens de van de vergadering van eigenaars van 16 november 2022 gemaakte notulen is tijdens die vergadering niet gestemd over de agendapunten 8 en 9. Daar zijn partijen het ook over eens, zodat de verzochte verklaring voor recht zal worden gegeven. Aan een inhoudelijke beoordeling van de agendapunten komt de kantonrechter derhalve niet toe.
25. De verzochte verklaring voor recht dat de dakkoepel behoort tot de gemeenschappelijke gedeelten en gemeenschappelijke zaken en dat de kosten van onderhoud, vervanging, herstel en vernieuwing voor rekening van de gezamenlijke eigenaars komen is niet betwist en op grond van artikel 17 lid 1 onder d van het modelreglement toewijsbaar.
verklaringen voor recht ten aanzien van toekomstige besluiten
26. In deze procedure zijn door [verzoekers] op diverse punten verklaringen voor recht verzocht om de VvE te verbieden bepaalde besluiten te nemen. Deze verzoeken zullen worden afgewezen, nu toewijzing van een verbod om besluiten te nemen in strijd is met de systematiek van het VvE-recht. Die systematiek houdt in dat een VvE besluiten neemt die achteraf kunnen worden getoetst. Op voorhand de VvE de mogelijkheid ontnemen tot besluitvorming over te gaan is in strijd met het uitgangspunt van besluitvorming met de mogelijkheid van vernietiging binnen een maand na (kennisname van) het besluit. Het staat de VvE vrij om besluiten te nemen, waarna de weg van 5:130 BW openstaat voor leden die het met de besluiten niet eens zijn. Toekomstige besluitvorming moet haar loop hebben conform de systematiek van het VvE-recht. (zie ook: ECLI:NL:GHAMS:2023:1340). 27. De VvE wordt als de (meest) in het ongelijk gestelde partij met de proceskosten belast. Het verzoek van [verzoekers] om niet conform haar aandeel te hoeven bijdragen in de proceskosten zal worden afgewezen omdat deze proceskosten zijn gemaakt door de VvE terwijl [verzoekers] al geen lid meer was van de VvE, zodat van de bedoelde omslag van de kosten ten laste van [verzoekers] reeds geen sprake zal zijn.
I. vernietigt de besluiten van de vergadering van eigenaars van 16 november 2022 voor zover deze betrekking hebben op de benoeming van de bestuurder van de VvE en het plaatsen van het dakterras en de warmtepomp;
II. verklaart voor recht dat geen besluiten ter zake agendapunten 8 en 9 zijn genomen;
III. verklaart voor recht dat de dakkoepel in het dak van de aanbouw van appartementsrecht 1 behoort tot de gemeenschappelijke gedeelten en gemeenschappelijke zaken en dat de kosten van onderhoud, vervanging, herstel en vernieuwing voor rekening van de gezamenlijke eigenaars komen;
IV. veroordeelt de VvE in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van [verzoekers] begroot op:
salaris € 529,00
griffierecht € 86,00
----------------
totaal € 615,00
voor zover van toepassing, inclusief btw;
V. veroordeelt de VvE in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 66,00 aan salaris gemachtigde, voor zover van toepassing inclusief btw;
VI. verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
VII. wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.H.J. Evers, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 5 juli 2023 in aanwezigheid van de griffier.