Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
2.De feiten
- een tevredenheidverklaring van 22 juni 2018 voor 9 deelopdrachten in 2017 in straten in Amsterdam met een totale omzet van € 2.495.000,--, waarbij een bedrag van € 784.000,-- voor asfalt;
- een referentieverklaring van 9 januari 2020 voor het deelproject vervangen tramsporen van Woustraat / Rijnstraat tussen Lutmanstraat en de Vrijheidslaan, te Amsterdam (opdrachtwaarde € 847.520,-- (excl. BTW);
- een referentieverklaring van 20 januari 2020 voor het deelproject vervangen tramsporen Beethovenstraat en Johan M. Coenenstraat tussen Stadionweg en Roelof Hartplein, te Amsterdam (opdrachtwaarde € 995.786,88 (excl. BTW).
- een deelopdracht in 2017 voor € 2.495.000,--, bestaande uit € 831.666,67 voor bestratingswerkzaamheden;
- een deelopdracht in 2018 voor € 2.915.745,23, bestaande uit € 917.915,08 voor bestratingswerkzaamheden;
- een deelopdracht in 2019 voor € 3.198.842,98 bestaande uit € 1.066.280,99 voor bestratingswerkzaamheden;
3.Het geschil
referentieprojectdat niet uitsluit dat een werk tot stand wordt gebracht door middel van meerdere (deel)opdrachten en/of bestekken. Zolang de opdrachten maar zijn opgedaan in één
referentieproject.
werkvormen. Dit volgt uit het feit dat van inschrijvers een referentie
lijstwordt verlangd. Verder geldt dat geen van de door Infra Dam opgegeven deelopdrachten het maximumbedrag van € 1 miljoen overstijgt. Ook blijkt uit de documenten niet duidelijk voor welke bedrag de werkzaamheden “
met betrekking tot het aanbrengen en het onderhouden van bestrating” zijn uitgevoerd. De Gemeente heeft deze bedragen dan ook niet meer getoetst.
4.De beoordeling
referentielijsten
één (1) werkvolgt dat er enerzijds meer referenten, dus meer deelopdrachten, mogen worden opgegeven, maar anderzijds dat het wel om één werk moet gaan. De vraag is wat onder één werk moet worden verstaan. De Gemeente hanteert als uitgangspunt het begrip
werkin artikel 2 lid 7 van de Richtlijn 2014/24 dat wordt gedefinieerd als het product van een geheel van bouwkundige of civieltechnische werken dat ertoe bestemd is als zodanig
een economische of technische functiete vervullen. In de tekst staat niet, zoals de Gemeente heeft stelt
één, maar
een. Deze definitie staat ook in artikel 1.1.1 sub aa ARW 2016, die van toepassing is op deze aanbesteding.
werkin paragraaf 0.04 lid 3 onder c aan de hand van deze regelgeving moet worden uitgelegd en dat het begrip
werkdus
functioneelmoet worden uitgelegd. Er is sprake van één werk als dat op basis van de economische of de technische functie van het werk blijkt.
één (1). Dat deze definitie van het begrip
werkin het aanbestedingsrecht in het algemeen er (ook) toe strekt om te voorkomen dat bijvoorbeeld een bouwwerk niet worden gesplitst in onderdelen om aan het toepassingsbereik van het aanbestedingsrecht te ontkomen, betekent niet dat dit begrip niet op deze wijze in onderhavige referentie-eis kon worden toegepast.
werkstaat dus niet, zoals Infra Dam lijkt te stellen, automatisch synoniem voor één RAW-raamovereenkomst, waaruit meerdere deelopdrachten voortvloeien. Dat, zoals Infra Dam stelt, in de toepasselijke RAW-bepalingen de RAW- raamovereenkomst wordt gezien als het overkoepelende geheel (die een technische en economische samenhang creëert) waaruit deelopdrachten voortvloeien conform de voorwaarden uit de RAW-raamovereenkomst doet daaraan niet af. Het hoeft in dit verband niet automatisch om één (1) werk te gaan en de term
werkwordt in die bepalingen ook niet genoemd.
werk(in hoofdzaak) bestaat uit civieltechnische werkzaamheden voor onderhoud aan en vervanging van bestaande trambanen en ook in andere paragrafen de term
werkvoorkomt, lijkt het in de opgegeven referenties van Infra Dam, zoals de Gemeente stelt, in feite te gaan om verschillende werkzaamheden (niet allemaal bestratingswerkzaamheden) die op basis van deelopdrachten op verschillende tijdstippen op diverse locaties in Amsterdam worden uitgevoerd. De voorzieningenrechter volgt het standpunt van de Gemeente dat de door Infra Dam ingeleverde deelopdrachten daarom geen technische of economisch geheel vormen, en in die zin niet zien op één bestratingswerk van tenminste € 1 miljoen waar de Gemeente in onderhavige aanbesteding om vraagt.
werkniet voorkomt. Hierover kan het volgende worden gezegd.
referentieprojectvoor de aanleg van een golfbaan van ten minste 9 holes had ingediend en werd – samengevat – geoordeeld dat het woord
referentieprojectniet uitsluit dat een (meeromvattend) werk tot stand wordt gebracht door middel van meerdere deelopdrachten.
werkdat centraal staat zodat inderdaad beide zaken niet met elkaar kunnen worden vergeleken. Dit geldt ook voor de zaak waarin de voorzieningenrechter van de rechtbank Gelderland van 4 februari 2020 (ECLI:NL:RBGEL:2020:1494) vonnis heeft gewezen. Daarin ging het om een opgave van een
verrichte opdrachtvoor het uitvoeren van minimaal twee opdrachten van het snoeien van minimaal 5500 bomen per opdracht op jaar basis. De voorzieningenrechter oordeelde dat aan deze eis is voldaan als in het kader van één raamovereenkomst meerdere deelopdrachten zijn gegeven die tot de snoei van meer dan 5.500 bomen in één jaar hebben geleid. Ook in deze zaak ging het dus niet om de uitvraag van
één (1) werkzoals in onderhavige zaak.
1.016,--