Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Dendermonde(België) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
bevel tot aanhouding,uitgevaardigd door de rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Dendermonde (België) op 11 mei 2022.
hackingen informaticabedrog. De opgeëiste persoon kan, met de omschrijving van zijn rol in het EAB, niet aan die feiten worden gekoppeld en de genoemde periode is te vaag omschreven. Bovendien blijkt uit de feitomschrijving in het EAB op geen enkele wijze dat er gehackt zou zijn. Subsidiair verzoekt de raadsman om de behandeling van het EAB aan te houden, zodat hierover nadere vragen kunnen worden gesteld.
phishing, hackingen op grote schaal witwassen. In het bijzonder zou de opgeëiste persoon zich bezig hebben gehouden met het verkrijgen van bankpassen en het
cashenvan het ontvangen geld.
van 01/01/2018 tot heden.In een e-mail bericht van 28 juli 2022 wordt door de onderzoeksrechter in Dendermonde bevestigd dat dit de juiste periode betreft. De rechtbank begrijpt deze pleegperiode zo, dat de overlevering wordt gevraagd voor de periode van 1 januari 2018 tot het moment van uitvaardigen van het nationale aanhoudingsbevel en het EAB, namelijk 11 mei 2022.
hacking, en op welke manier de opgeëiste persoon daarmee in verband zou kunnen worden gebracht, is een bewijskwestie die door de Belgische autoriteiten moet worden onderzocht en doet aan het voorgaande niet af.
4.Strafbaarheid
5.De garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, OLW
6.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 13 OLW
- het onderzoek is aangevangen in België;
- het bewijs bevindt zich in België;
- medeverdachten zijn aangehouden in België;
- gelet op het uitvaardigen van het EAB bestaat de wens bij de Belgische autoriteiten om de feiten te vervolgen en
- het Nederlandse Openbaar Ministerie is niet voornemens de opgeëiste persoon te vervolgen.
- aan de regeling van het EAB ten grondslag ligt dat overlevering de hoofdregel is en toepassing van een facultatieve weigeringsgrond de uitzondering dient te zijn;
- de weigeringsgrond ertoe strekt te voorkomen dat Nederland zou moeten meewerken aan overlevering voor een zogenoemd lijstfeit dat geheel of ten dele in Nederland is gepleegd en dat hier niet strafbaar is of hier niet pleegt te worden vervolgd.
7.Belgische detentieomstandigheden
8.Slotsom
9.Toepasselijke wetsartikelen
10.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan de
Rechtbank van eerste aanleg Oost-Vlaanderen, afdeling Dendermonde(België) voor de feiten zoals die zijn omschreven in onderdeel e) van het EAB.