Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 23 september 2022 in de zaken tussen
[eiser] , te Amsterdam, eiser
de korpschef van de politie, verweerder
de Staat der Nederlanden (de minister van Justitie en Veiligheid).
Procesverloop
Overwegingen
In de reacties op het bericht waarin
hierna volgt adres, cursivering door de rechtbank)
alledocumenten waarin de gewraakte verklaring stond.
Beslissing
- verklaart het beroep tegen het bestreden besluit 1 gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit 1;
- bepaalt dat verweerder de vermelding dat eiser een aanslag op de kinderen van [persoon] ‘collateral damage’ heeft genoemd, als opgenomen in de e-mail van 9 juni 2017, intern rectificeert. Verweerder moet ook andere instanties met wie de onjuiste verklaring is gedeeld van de rectificatie op de hoogte stellen en dus onomwonden duidelijk maken dat de weergave in het e-mailbericht van
- bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde bestreden besluit 1;
- verklaart het beroep tegen het bestreden besluit 2 gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit 2;
- bepaalt dat de rechtgevolgen van het bestreden besluit 2 in stand blijven;
- draagt verweerder op het in de zaak met nummer 20/3880 betaalde griffierecht van € 178,- aan eiser te vergoeden;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 2.277,-.
- veroordeelt de Staat der Nederlanden in de zaak onder nummer 20/1765 tot het betalen van een schadevergoeding van € 500,- aan eiser.
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 23 september 2022.