Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Regional Court in Przemyśl(Polen) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
arrest warrant, uitgevaardigd door de
Regional Court in Przemyśl(Polen), referentie II Kp 246/21).
modus operandivan de opgeëiste persoon nog nader toegelicht.
4.Strafbaarheid
5.Onschuldverweer
6.De garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, OLW
7.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 13 OLW
- het onderzoek is in Polen aangevangen;
- de bewijsmiddelen bevinden zich in Polen;
- medeverdachten worden in Polen vervolgd;
- de slachtoffers bevinden zich in Polen en
- het Nederlandse Openbaar Ministerie is niet voornemens de opgeëiste persoon te vervolgen.
- aan de regeling van het EAB ten grondslag ligt dat overlevering de hoofdregel is en toepassing van een facultatieve weigeringsgrond de uitzondering dient te zijn;
- de weigeringsgrond ertoe strekt te voorkomen dat Nederland zou moeten meewerken aan overlevering voor een zogenoemd lijstfeit dat geheel of ten dele in Nederland is gepleegd en dat hier niet strafbaar is of hier niet pleegt te worden vervolgd.
8.Artikel 11 OLW
9.Slotsom
10.Toepasselijke wetsartikelen
11.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan
Regional Court in Przemyśl(Polen) voor het feit zoals dat is omschreven in onderdeel e) van het EAB.