Uitspraak
the Office of the General Prosecutor of the Republic at the Court of Appeal in Brescia(Italië) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Bevoegdheid uitvaardigende autoriteit
the Office of the General Prosecutor of the Republic at the Court of Appeal in Brescia(Italië). De rechtbank stelt op basis van de informatie vervat in de
Questionnaire Eurojust en European Judicial Networkvan 6 april 2020 (die in opdracht van de Raad van de EU is opgesteld) vast dat deze autoriteit, hoewel geen rechter, kan worden aangemerkt als ‘uitvaardigende rechterlijke autoriteit’ in de zin van het kaderbesluit 2002/584/JBZ en dus als ‘uitvaardigende justitiële autoriteit’ in de zin van de OLW. Deze autoriteit, die onderdeel uitmaakt van het Italiaanse Openbaar Ministerie, neemt deel aan de strafrechtsbedeling en is onafhankelijk. Aan de uitvaardiging van het EAB ligt een vonnis gewezen door
the Court of Genoaten grondslag. Tegen de achtergrond van het voorgaande concludeert de rechtbank dat voldaan is aan het vereiste van effectieve rechterlijke bescherming door middel van het voor tenuitvoerlegging vatbare vonnis.
4.Grondslag en inhoud van het EAB
the Court of Genoa,welk vonnis onherroepelijk werd op 5 mei 2015.
4.Strafbaarheid; feit vermeld op bijlage 1 bij de OLW
5.Artikel 11 OLW: detentieomstandigheden
6.Slotsom
7.Toepasselijke wetsbepalingen
8.Beslissing
[opgeëiste persoon] alias [alias opgeëiste persoon]aan
the Office of the General Prosecutor of the Republic at the Court of Appeal in Brescia(Italië) voor het feit zoals dat is omschreven in onderdeel e) van het EAB.