Uitspraak
Circuit Court in Gliwice(Polen) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
District Court in Gliwicevan 4 november 2021 (III Kp 713/21).
4.Strafbaarheid
5.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 13 OLW
growshopvervuld, waarvoor in Nederland geen strafvervolging zou volgen.
- het onderzoek is in Polen aangevangen;
- er zijn in meerdere landen personen aangehouden in het kader van dit onderzoek;
- de uitvaardigende justitiële autoriteit is voornemens om niet alleen de opgeëiste persoon, maar ook zijn medeverdachten te vervolgen;
- de opgeëiste persoon heeft het geld dat hij met de strafbare feiten zou hebben verdiend, in Polen geïnvesteerd;
- het Nederlandse Openbaar Ministerie is niet voornemens om ten aanzien van deze feiten een strafrechtelijke vervolging in te stellen.
6.Artikel 11 OLW: artikel 47 van het Handvest van de grondrechten van de EU
7.De garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, OLW
- een SKDB-informatiestaat van 8 februari 2022, waaruit blijkt dat de opgeëiste persoon sinds 3 maart 2011 onafgebroken ingeschreven staat in Nederland;
- ‘Verklaringen geregistreerd inkomen’ van de Belastingdienst van de jaren 2017 en 2019, waaruit blijkt dat de opgeëiste persoon in die jaren substantiële inkomsten in Nederland heeft gehad;
- ‘Aangiften inkomstenbelasting’ van de Belastingdienst van de jaren 2018 en 2020, waaruit blijkt dat de opgeëiste persoon in die jaren ten minste de helft van de toepasselijke bijstandsnorm heeft verdiend;
- een ‘Jaaropgave 2021’ van de werkgever van de opgeëiste persoon (Coolblue), waaruit blijkt dat de opgeëiste persoon in 2021 ten minste de helft van de toepasselijke bijstandsnorm heeft verdiend.
8.Slotsom
9.Beslissing
HEROPENT EN SCHORSThet onderzoek ter zitting
voor onbepaalde tijdom de opgeëiste persoon in de gelegenheid te stellen om de benodigde informatie zoals hiervoor opgenomen over te leggen en de officier van justitie in de gelegenheid te stellen de benodigde informatie bij de IND op te vragen en, afhankelijk van de verklaring van de IND, de uitvaardigende justitiële autoriteit om een terugkeergarantie te verzoeken;
BEPAALTdat de zaak vóór
13 juni 2022, de datum waarop de termijn van 90 dagen afloopt, op zitting wordt aangebracht;
BEVEELTde oproeping van de opgeëiste persoon tegen een nader te bepalen datum en tijdstip, met tijdige kennisgeving daarvan aan zijn raadsman;
BEVEELTde oproeping van een tolk in de Poolse taal tegen voornoemde nader te bepalen datum en tijdstip.