Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de meervoudige kamer van 22 februari 2022 in de zaak tussen
Procesverloop
Overwegingen
niet in het gelijk.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 22 februari 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen meerdere exploitanten van passagiersvaartuigen en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam. De eiseressen, waaronder Amsterdamse Watertaxi Centrale B.V., New Orange B.V., Smidtje Exploitatie B.V. en Rederij Lovers B.V., hebben beroep ingesteld tegen besluiten van het college waarbij hun exploitatievergunningen voor bepaalde tijd zijn gewijzigd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de primaire besluiten van 4 juni 2020, waarbij de vergunningen ambtshalve zijn gewijzigd, niet in strijd zijn met het recht. De rechtbank heeft de bezwaren van de eiseressen tegen de omzettingsbesluiten ongegrond verklaard en de wisselbesluiten gegrond verklaard. De rechtbank heeft de gezamenlijke standpunten van de reders besproken en beoordeeld in één enkele uitspraak, waarbij is geoordeeld dat de omzetting van de vergunningen van onbepaalde tijd naar bepaalde tijd rechtmatig is. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling of vergoeding van het griffierecht. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn in kennis gesteld van de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.