Op 22 juni 2021 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de zaak tegen een terbeschikkinggestelde, geboren in 1987, die momenteel verpleegd wordt in het Centrum voor Transculturele Psychiatrie. De rechtbank heeft de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar verlengd, op verzoek van de officier van justitie. De terbeschikkinggestelde was eerder veroordeeld voor opzettelijk brand stichten, wat leidde tot haar terbeschikkingstelling onder voorwaarden. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie beoordeeld, waarbij zij de terbeschikkinggestelde, haar raadsvrouw en deskundigen heeft gehoord. De deskundigen gaven aan dat de terbeschikkinggestelde lijdt aan schizofrenie en andere psychische problemen, wat haar kwetsbaarheid en afhankelijkheid van zorg benadrukt. De rechtbank oordeelde dat de veiligheid van anderen eist dat de terbeschikkingstelling wordt verlengd, ondanks het verzoek van de raadsvrouw om de termijn te beperken tot één jaar voor een toetsmoment. De rechtbank wees dit verzoek af, omdat de behandeling meer tijd in beslag zal nemen dan de resterende tijd bij een verlenging van één jaar. De beslissing werd genomen in het belang van de veiligheid van de samenleving.