Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
25 augustus 2020, 26 augustus 2020 en 1 september 2020. Het onderzoek ter terechtzitting is gesloten op 12 oktober 2020.
J. Plooij en van wat verdachte en zijn raadsman mr. J-H.L.C.M. Kuijpers naar voren hebben gebracht.
2.Tenlastelegging
primair) dan wel het medeplegen van valsheid in geschrift (
subsidiair) – door:
(A) tientallen facturen en bijbehorende mandagenregisters/urenlijsten valselijk op te maken en zodoende de administratie van [naam 1] te vervalsen en/of
(B) van deze geschriften gebruik te maken en/of
(C) deze af te leveren en/of
(D) deze voorhanden te hebben;
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
Is er sprake van valsheid in geschrift?
fen
uopgenomen geschriften. Voor dat dat deel van de tenlastelegging zal verdachte daarom worden vrijgesproken.
b, c, i, m, n, p, ren
vwaren gericht aan [naam bedrijf 10] B.V., [naam bedrijf 11] B.V. en [naam bedrijf 12] B.V. [15] Deze bedrijven, gevestigd op het adres [adres 2] , waren dochterondernemingen van [naam bedrijf 13] B.V. (hierna: [naam bedrijf 13] ). [16] [persoon 2] (verder: [persoon 2] ), enig bestuurder en aandeelhouder van [naam bedrijf 13] , heeft als getuige verklaard dat voornoemde geschriften (hoofdzakelijk facturen) betrekking hadden op werkzaamheden van [medeverdachte 2] . Hij gaf adviezen over de algemene bedrijfsvoering. Ook leverde [medeverdachte 2] nieuwe klanten aan. [17] Daarnaast verklaarde [persoon 2] dat de geschriften
ien
nbetrekking hadden op werkzaamheden van [medeverdachte 1] , bestaande uit het ‘fysiek’ promoten en verkopen van producten van [naam bedrijf 10] B.V. [18]
p– gezien de verwijzing naar en de inhoud van de brief van 6 december 2016 – zag op een
[naam 6]voor werkzaamheden van verdachte, terwijl dit volgens [persoon 2] zag op de succesvolle werkzaamheden van [medeverdachte 2] . [24]
b, c, i, m, n, p, ren
vzijn aldus valselijk opgemaakt.
ais de rechtbank van oordeel dat bewezen kan worden dat de gefactureerde werkzaamheden niet zijn uitgevoerd. Geschrift
adateert van 22 juli 2013 en is gericht aan [naam bedrijf 14] B.V. (hierna: [naam bedrijf 14] ). [25] Getuige [getuige 1] , enig bestuurder en aandeelhouder van [naam bedrijf 14] , heeft verklaard dat [naam bedrijf 14] zich bezighield met de ontwikkeling van software voor kinderdagverblijven. [26] De rechtbank kan uit de stukken niet opmaken dat [naam 1] enige expertise had op softwaregebied. Evenmin kan de rechtbank vaststellen welke werkzaamheden zijn verricht nu geen van de betrokken personen concreet heeft kunnen of willen verklaren over de verrichte werkzaamheden. Zo weet [getuige 1] noch [medeverdachte 2] wat de relatie tussen [naam 1] en [naam bedrijf 14] is en weet verdachte uitsluitend te vertellen dat [naam 1] iets kleins voor [naam bedrijf 14] deed. [27] Ook geschrift
ais dus valselijk opgemaakt.
twas gericht aan Aannemersbedrijf [naam 4] B.V. (hierna: Aannemersbedrijf [naam 4] ) en had betrekking op (begeleidings)werkzaamheden van verdachte en [medeverdachte 1] op 20 en 21 juli 2017 bij het [naam bedrijf 1] aan de [adres 3] ’. [28] Verdachte zat die dagen echter in de gevangenis in België en ook [medeverdachte 1] was die dagen gedeeltelijk in het buitenland. [29] Bovendien volgt uit historische verkeersgegevens dat [medeverdachte 1] , toen zij in Nederland was, niet in de buurt van het [naam bedrijf 1] is geweest. [30]
tvalselijk is opgemaakt. [36]
e, j, l, o, q, sen
wvalselijk zijn opgemaakt, nu zij in strijd met de waarheid vermelden dat de werkzaamheden zijn uitgevoerd door [naam verdachte] en – in het geval van geschrift
j– [medeverdachte 1] .
e, niet heeft uitgevoerd. [38] De rechtbank overweegt hiertoe dat de urenlijst van [naam 1] de naam [naam verdachte] vermeldde, terwijl de urenlijst van onderaannemer [naam 2] de naam [naam bedrijf 3] (het bedrijf van [persoon 3] ) vermeldde. [39]
j, dat betrekking heeft op het project [naam project] , is de rechtbank van oordeel dat genoegzaam is komen vast te staan dat dit niet overeenstemt met de werkelijkheid. De rechtbank acht daartoe redengevend dat uit de mandagenlijst volgt dat naast verdachte en [medeverdachte 1] slechts twee andere personen op dit project hebben gewerkt. [40] Een van hen betreft getuige [getuige 4] die ontkent met [medeverdachte 1] op projecten te hebben gewerkt. Volgens [getuige 4] had hij [medeverdachte 1] uitsluitend een keer op een projectlocatie gezien. Zij groette toen en ging vervolgens weg. [41] Daarnaast acht de rechtbank redengevend dat verdachte op 30 juli 2015 in het buitenland verbleef en op de zitting bekende dat hij geen werkzaamheden heeft uitgevoerd op dit project. [42]
l, o, q, sen
win strijd met de waarheid vermelden dat verdachte werkzaamheden heeft uitgevoerd op de projecten [naam project 2] , [naam project 3] , [naam project 4] en [naam project 5] . [43] Verdachte was ten tijde van de in de geschriften
l, oen
svermelde werkzaamheden (grotendeels) in het buitenland. [44] Bovendien straalde zijn telefoon in 2017 nooit een mast aan in Alkmaar of Deventer, terwijl de geschriften
s, qen w zien op werkzaamheden die dat jaar zijn uitgevoerd in Alkmaar dan wel Deventer. [45] De rechtbank betrekt hierbij het gegeven dat verdachtes telefoon dat jaar wel andere masten aanstraalde. Gelet hierop is het onaannemelijk dat verdachtes telefoon onzichtbaar was in verband met een daarop aangesloten apparaat, zoals door hem ter terechtzitting is betoogd. Ook blijkt uit observaties dat verdachte op 6 februari 2017 tussen 08:00 en 14:30 uur geen sjouwwerkzaamheden uitvoerde, hoewel hij dit gezien de inhoud van geschrift
qdie dag wel 7,5 uur zou moeten hebben gedaan. Daarbij komt dat het überhaupt al bijzonder is dat verdachte sjouwwerkzaamheden zou hebben uitgevoerd, omdat verdachte op de zitting verklaarde dat de feitelijke uitvoering van werkzaamheden alleen bij hoge uitzondering tot zijn takenpakket behoorde. [46] Verder verklaarde getuige [getuige 7] , met wie verdachte op al deze projecten zou hebben gewerkt, dat hij niet weet wat voor werkzaamheden verdachte uitvoerde. [47]
d, gen
h, gericht aan [naam bedrijf 4] B.V. (hierna: [naam bedrijf 4] ), valselijk zijn opgemaakt. Geschrift
ddateerde van 30 december 2013 en had betrekking op (begeleidings)werkzaamheden op het adres [adres 4] , uitgevoerd door verdachte en [medeverdachte 1] . [48] De geschriften
gen
hdateerden van 20 respectievelijk 31 maart 2014 en hadden betrekking op (begeleidings)werkzaamheden op het adres [adres 5] , uitgevoerd door [medeverdachte 1] , [persoon 1] en – in het geval van geschrift
h– verdachte. [49]
gen
hin strijd met de waarheid vermelden dat [persoon 1] werkzaamheden heeft verricht op het project [naam project 6] .
gen
h, evenals geschrift
d, in strijd met de waarheid vermelden dat [medeverdachte 1] werkzaamheden heeft verricht op de projecten [naam project 6] en [naam project 7] . Aan de hand van de mandagenlijsten leidt de rechtbank af dat [medeverdachte 1] met [getuige 4] op deze projecten zou hebben gewerkt, maar zoals hierboven reeds vermeld verklaarde [getuige 4] dat [medeverdachte 1] en hij niet op projecten hebben samengewerkt. [52] Daarbij komt dat [medeverdachte 1] ten tijde van deze projecten formeel in dienst van [naam 2] was en dat zij, als zij op 11 november 2015 desgevraagd vertelt over haar werkzaamheden in de periode van 2012 tot en met 2015, met geen woord rept over dit dienstverband. [53]
den
hin strijd met de waarheid vermelden dat verdachte werkzaamheden heeft verricht op de projecten [naam project 7] en [naam project 6] en overweegt hiertoe het volgende. Op de zitting verklaarde verdachte dat zijn werkzaamheden op het project [naam project 7] zouden hebben bestaan uit het binnenhalen van deze opdracht. [54] In dit verband acht de rechtbank de verklaring van de bestuurder van [naam bedrijf 4] , getuige [getuige 6] , relevant. [getuige 6] verklaarde dat zowel [naam 1] als [naam 2] van [medeverdachte 2] was. [naam bedrijf 4] leende beide bedrijven in als onderaannemer en de contacten over het al dan niet uitbesteden van werk verliepen via [medeverdachte 2] , aldus [getuige 6] . [55] Gelet op deze verklaring concludeert de rechtbank dat verdachte niet heeft gewerkt op het project [naam project 7] .
kis de rechtbank van oordeel dat genoegzaam is komen vast te staan dat dit valselijk is opgemaakt. Geschrift
k,gericht aan [naam bedrijf 5] B.V., zag op werkzaamheden in de periode tussen 6 juli 2015 en 25 juli 2015. [57] Verdachte zou deze werkzaamheden hebben uitgevoerd. [58] Uit de stukken blijkt echter dat hij in de periode van 25 juni tot en met 9 augustus 2015 in het buitenland verbleef, met als gevolg dat hij deze werkzaamheden niet heeft kunnen uitvoeren. [59]
Zijn de verboden gedragingen aan [naam 1] toe te rekenen?
Heeft verdachte feitelijk leiding gegeven aan de verboden gedragingen?
Beoordelingskader witwassen
Vermoeden van witwassen
Verklaring verdachte
Conclusie
5.Bewezenverklaring
- een BMW 535D Touring met kenteken [nummer 1] en een BMW X5 met kenteken [nummer 2] voorhanden gehad en hiervan gebruik gemaakt; en
- girale geldbedragen van in totaal 225.093 euro overgedragen, omgezet en voorhanden gehad en hiervan gebruik gemaakt door deze als salaris van [naam 1] B.V. ontvangen geldbedragen aan te houden op de bankrekeningen [nummer 3] , [nummer 4] en [nummer 5] en/of uit te geven
- (A) haar administratie over de jaren 2013 tot en met 2017 - zijnde een samenstel van een of meer geschriften bestemd om tot bewijs van enig feit te dienen - valselijk heeft opgemaakt, door opzettelijk de hierna onder a tot en met w met uitzondering van f en u genoemde valse geschriften in haar administratie op te nemen en te verwerken, met het oogmerk om dat samenstel van geschriften als echt en onvervalst te gebruiken;
- (B) opzettelijk gebruik heeft gemaakt van valse geschriften die bestemd waren om tot bewijs van enig feit te dienen, als waren die geschriften echt en onvervalst, door de hierna onder d, e, g, h, j, k, l, o, q, s, t en w genoemde geschriften te verzenden of te verstrekken aan de betreffende geadresseerde, debiteur en/of opdrachtgever;
- (C) opzettelijk valse geschriften die bestemd waren om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten de hierna onder d, e, g, h, i, j, l, m, n, o, p, q, r, s, t en w genoemde geschriften, heeft afgeleverd door die geschriften te verzenden en/of te verstrekken aan de betreffende geadresseerde, debiteur en/of opdrachtgever terwijl zij wist dat die geschriften bestemd waren voor gebruik als waren deze echt en onvervalst; en
- (D) opzettelijk valse geschriften die bestemd waren om tot bewijs van enig feit te dienen, te weten de hierna onder a, b, c, d, e, g, h, i, j, k, l, m, n, o, p, v en w genoemde geschriften, in haar administratie voorhanden heeft gehad, terwijl zij wist dat die geschriften bestemd waren voor gebruik als waren deze echt en onvervalst,
- 18.000 euro contant te betalen voor flessen wijn aan [naam bedrijf 7] en/of [naam bedrijf 8] en
- 238.160 euro contant te betalen aan [naam school] als schoolgeld/schoolfee voor [kind verdachte] en [kind 2 verdachte]
6.De strafbaarheid van de feiten
7.De strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de straffen
36 maanden, zoals geëist door de officieren van justitie, passend. Met toepassing van de strafkorting voor de termijnoverschrijding zal de rechtbank aan verdachte een gevangenisstraf van
33 maandenopleggen.
9.Beslag
- een scooter Piaggio Vespa (goednummer Lerac16004_437577)
- een BlackBerry telefoon (goednummer 26DLR14046_296354)
- een BlackBerry telefoon (goednummer 26DLR14046_296355)
- een BlackBerry telefoon (goednummer 26DLR14046_296356)
- een stuk papier (goednummer 26DLR14046_296374)
- foto’s (goednummer 26DLR14046_296375)
- een zwarte koffer met doss. criminelen (goednummer 26DLR14046_296376)
- een cd-rom (goednummer 26DLR14046_296382)
- diverse papieren (goednummer 26DLR14046_296392)
- een notitie (goednummer 26DLR14046_296394)
- een BlackBerry telefoon (goednummer 26DLR14046_296397)
- een Rolex horloge band (goednummer 26DLR14046_296360)
- een iPhone (goednummer Lerac16004_437527).
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
[naam verdachte], daarvoor strafbaar.
33 maanden (drieëndertig maanden).
- een BlackBerry telefoon (goednummer 26DLR14046_296354);
- een BlackBerry telefoon (goednummer 26DLR14046_296355);
- een BlackBerry telefoon (goednummer 26DLR14046_296356);
- een BlackBerry telefoon (goednummer 26DLR14046_296397).
- een scooter Piaggio Vespa (goednummer Lerac16004_437577);
- een stuk papier (goednummer 26DLR14046_296374);
- foto’s (goednummer 26DLR14046_296375);
- een zwarte koffer met doss. criminelen (goednummer 26DLR14046_296376);
- een cd-rom (goednummer 26DLR14046_296382);
- diverse papieren (goednummer 26DLR14046_296392);
- een notitie (goednummer 26DLR14046_296394);
- een Rolex horloge band (goednummer 26DLR14046_296360);
- een iPhone (goednummer Lerac16004_437527).