Op 28 mei 2020 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op 15 november 2018 in Vijfhuizen samen met anderen professioneel vuurwerk heeft opgeslagen en voorhanden heeft gehad in een loods die daarvoor niet was ingericht. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, ondanks dat hij niet over de benodigde gespecialiseerde kennis beschikte, betrokken was bij de opslag van een aanzienlijke hoeveelheid vuurwerk, waaronder 2131 kilogram Chinese rollen en 2364 stuks knalvuurwerk. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan het medeplegen van het voorhanden hebben van vuurwerk en het opslaan daarvan, en dat er geen vergunning was verleend voor de opslag. De officier van justitie had een gevangenisstraf van 30 maanden geëist, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, maar de rechtbank legde een gevangenisstraf op van 15 maanden, waarvan 5 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren. De rechtbank hield rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, die zijn leven weer op de rit probeerde te krijgen na zijn voorlopige hechtenis. De uitspraak benadrukt de ernst van het feit, gezien de gevaarzetting die het opslaan van professioneel vuurwerk met zich meebrengt, vooral in een woonomgeving.