ECLI:NL:RBAMS:2019:6236
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- L.Z. Achouak el Idrissi
- A. Teggelaar
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid gemeente tot opleggen bestuurlijke boete voor overtreding Huisvestingswet bij Bed & Breakfast
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 22 augustus 2019 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser, die een Bed & Breakfast exploiteerde, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam. De gemeente had aan de eiser een bestuurlijke boete van € 20.500,- opgelegd omdat hij zich niet had gehouden aan de voorwaarden van de Huisvestingswet. De rechtbank oordeelde dat de gemeente bevoegd was om deze boete op te leggen, aangezien de eiser zijn woning in de periode van 28 mei tot en met 2 juni 2018 had verhuurd aan toeristen, wat in strijd was met de regels voor Bed & Breakfasts in Amsterdam.
De rechtbank stelde vast dat de eiser zijn woning voor meer dan 40% had verhuurd aan toeristen, wat leidde tot gedeeltelijke onttrekking van de woning aan de woningvoorraad. De eiser betoogde dat hij voldeed aan de voorwaarden voor een Bed & Breakfast, maar de rechtbank oordeelde dat de gemeente met de rapportage van het huisbezoek had aangetoond dat de bestemming tot bewoning niet overheersend was. De rechtbank verwierp de argumenten van de eiser en concludeerde dat de gemeente terecht de boete had opgelegd.
De rechtbank verklaarde het beroep van de eiser ongegrond en zag geen aanleiding om de gemeente te veroordelen in de kosten van de procedure. De uitspraak benadrukt de strikte handhaving van de Huisvestingswet door de gemeente Amsterdam ter bescherming van de woonvoorraad en de leefbaarheid in de stad.