In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 30 juli 2019 uitspraak gedaan in een geschil over de weigering van een exploitatievergunning voor een alcoholverstrekkend horecabedrijf. Eiseres, een besloten vennootschap, had eerder een vergunning gekregen, maar deze werd herroepen na bezwaar van omwonenden. De rechtbank oordeelde dat de weigering van de vergunning op goede gronden was gebaseerd, met name omdat de exploitatie in strijd was met het bestemmingsplan. Eiseres had eerder een vergunning voor een koffiehuis, maar de wijziging naar een eetcafé leidde tot een andere beoordeling van de vergunningaanvraag. De rechtbank volgde het betoog van eiseres niet, omdat elke vergunningaanvraag opnieuw beoordeeld moet worden op basis van de geldende regels en de actuele situatie. De rechtbank verklaarde het beroep van eiseres ongegrond en oordeelde dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.