In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam, is de verdachte op 11 juli 2018 veroordeeld voor meerdere strafbare feiten, waaronder bedreigingen, beledigingen, diefstallen en een vernieling. De zaak is op tegenspraak behandeld, waarbij de rechtbank kennisnam van de vordering van de officier van justitie, mr. M.D. Braber, en de verdediging door mr. N. el Farougui. De tenlastelegging omvatte onder andere diefstal bij een Albert Heijn, bedreigingen en beledigingen gericht aan politieagenten, en een vernieling van een ruit bij een begraafplaats. De rechtbank heeft geoordeeld dat het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk is in de vervolging voor een van de ten laste gelegde feiten, terwijl de overige feiten bewezen zijn verklaard. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan ernstige feiten, waarbij de meeste bedreigingen en beledigingen gericht waren tegen politieagenten, wat getuigt van een gebrek aan respect voor het openbaar gezag. De verdachte is eerder veroordeeld voor soortgelijke feiten en heeft een problematische achtergrond, waaronder verslaving aan alcohol en drugs. De rechtbank heeft een gevangenisstraf van 8 maanden opgelegd, waarvan 2 maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden voor reclassering en behandeling. De rechtbank heeft ook de tenuitvoerlegging gelast van een eerder opgelegde voorwaardelijke straf.