Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 14 september 20108 in de zaak tussen
[eiseres] , te [woonplaats] , eiseres
Procesverloop
Overwegingen
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 14 september 2018.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 14 september 2018 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, de eigenaresse van een woning, en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam. Eiseres kreeg een bestuurlijke boete van € 6.000,- opgelegd voor het omzetten van zelfstandige woonruimte in onzelfstandige woonruimte zonder vergunning, in strijd met de Huisvestingswet 2014. Eiseres had de woning verhuurd aan een expatstel, maar na meldingen van woonfraude heeft de gemeente een huisbezoek uitgevoerd. Tijdens dit huisbezoek werden meerdere illegale bewoners aangetroffen, wat leidde tot de boete.
Eiseres heeft tegen de boete bezwaar gemaakt, maar dit werd ongegrond verklaard. Tijdens de zitting heeft eiseres betoogd dat zij niet verantwoordelijk kan worden gehouden voor de overtreding, omdat zij niet op de hoogte was van het onrechtmatige gebruik van haar woning. De rechtbank oordeelde echter dat eiseres onvoldoende bewijs had geleverd om aan te tonen dat zij niet wist of kon weten dat haar woning onrechtmatig werd gebruikt. De rechtbank benadrukte dat een eigenaar verantwoordelijk is voor het rechtmatig gebruik van zijn of haar woning, ook als deze verhuurd is.
De rechtbank heeft de beroepsgronden van eiseres verworpen en het beroep ongegrond verklaard. De omstandigheden die eiseres aanvoerde ter onderbouwing van een lagere boete werden niet als voldoende bijzonder beschouwd om de boete te matigen. De rechtbank concludeerde dat eiseres, ondanks haar inspanningen, niet aan haar verantwoordelijkheden had voldaan en dat de opgelegde boete terecht was.