Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 17 september 2018 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] (Polen), eiser
Procesverloop
Wat voorafging aan het bestreden besluit
Het bestreden besluit
Standpunt van eiser
Het wettelijk kader
Het oordeel van de rechtbank
aantonendat de inlichtingenplicht is geschonden en dat als gevolg hiervan onverschuldigd uitkering is betaald. In geval van twijfel dient aan de uitkeringsontvanger het voordeel van de twijfel te worden gegund. [2]
aangetoond. Verweerder heeft namelijk niet onomstotelijk onderbouwd dat eiser daadwerkelijk in de door verweerder genoemde periodes buiten Nederland heeft verbleven, waardoor hij niet voor arbeid beschikbaar was. Bij dit oordeel neemt de rechtbank het volgende in overweging.
Conclusie
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit voor zover dat betrekking heeft op de bestuurlijke boete en laat het voor het overige in stand;
- herroept het primaire besluit voor zover daarbij aan eiser een bestuurlijke boete is opgelegd, en bepaalt dat deze uitspraak in de plaats treedt van het vernietigde gedeelte van het bestreden besluit;
- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 46,- aan eiser te vergoeden;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 2.004,-.
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 17 september 2018.