Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Procesgang
2.Voorgeschiedenis
the Krakow-Krowodrza Regional Court in Krakow Second Criminal Division(Polen) is verzoeker veroordeeld tot een vrijheidsstraf voor de duur van 1 jaar en 6 maanden;
the District Court in Krakow, Third Criminal Division(Polen) een Europees aanhoudingsbevel (hierna: EAB) uitgevaardigd, strekkende tot de aanhouding en overlevering van verzoeker naar Polen, in verband met de tenuitvoerlegging van voornoemde straf;
3.Verzoeken
€ 1.490, -voor onrechtmatige vrijheidsbeneming van verzoeker in Nederland in de overleveringsprocedure, nader gespecificeerd:
€ 280, -voor de kosten die in verband met het (opstellen, indienen en behandelen) van de verzoeken zijn gemaakt.
4.Standpunt van het Openbaar Ministerie
- een arrest van het gerechtshof Amsterdam van 20 januari 2017 (ECLI:NL:GHAMS:2017:610);
- een arrest van de Hoge Raad van 19 februari 2013 (ECLI:NL:HR:2013:BX5566);
- de Memorie van Toelichting bij wet van 26 juni 1975, waarbij in art. 89 en 591a Sv de term tegemoetkoming is vervangen door schadevergoeding; de officier van justitie heeft verwezen naar de volgende passage: “De beoordeling van de vraag of er grond is voor een vergoeding vindt hier immers niet haar antwoord in de onrechtmatigheid van de overheidsmaatregel, maar in het billijkheidsoordeel, nl. de vraag of het redelijk is dat de nadelige gevolgen van de indertijd bestaande verdenking niet voor rekening van de gewezen verdachte worden gelaten, maar geheel of gedeeltelijk door de Staat worden gedragen.”
- artikel 89, tweede lid, Sv, waarin is bepaald dat schadevergoeding ook kan worden toegekend voor de schade die de gewezen verdachte heeft geleden ten gevolge van vrijheidsbeneming die hij in het buitenland heeft ondergaan in verband met een door Nederlandse autoriteiten gedaan verzoek om uitlevering; de officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat verzoeker op dezelfde wijze de Poolse autoriteiten dient aan te spreken voor gestelde schade veroorzaakt door de overleveringsdetentie.
5.Toetsingskader
6.Oordeel van de rechtbank
7.Beslissing
WIJST TOEde verzoeken tot schadevergoeding ten laste van de Staat ten bedrage van:
€ 1.490, -vanwege vrijheidsbeneming van verzoeker in Nederland in de overleveringsprocedure en
€ 550, -voor de kosten die in verband met het (opstellen, indienen en behandelen) van de verzoeken zijn gemaakt.