Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
[eiser sub 2],
1.[gedaagde sub 1] ,
1.De procedure
- de gelijkluidende dagvaardingen van 2 mei 2017, met producties;
- de akte overlegging producties van Rosebroom;
- de conclusie van antwoord in conventie van [gedaagde sub 1] , MPH, AMP OG en AMP, tevens houdende voorwaardelijke eis in reconventie van MPH, met producties;
- het tussenvonnis van 18 oktober 2017, waarbij een comparitie van partijen is bepaald;
- de conclusie van antwoord in reconventie, met producties;
- het proces-verbaal van comparitie van 24 januari 2018 met de daarin genoemde stukken.
2.De feiten
in conventie en (voorwaardelijke) reconventie
term sheetvoor de aandelenverkoop. Op 1 november 2016 heeft tussen MPH ( [gedaagde sub 1] ) en Rosebroom ( [eiser sub 2] ) een e-mailwisseling plaatsgevonden. In de e-mail van MPH aan Rosebroom is, voor zover van belang, het volgende opgenomen:
- Rosebroom is bereid AMP OG over te nemen en zekerheid te stellen i.p.v. AMP.
- Rosebroom is bereid de lening van SNS te garanderen op de huidige voorwaarden en looptijd of SNS af te lossen tegen een korting op de lening.
term sheethet volgende:
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
in conventie
term sheetdie MPH haar diezelfde dag heeft toegezonden met het verzoek deze te bevestigen. Voorts vloeit uit de overgelegde correspondentie voort dat MPH geen opmerkingen had op de op 12 december 2016 voorliggende afspraken en
term sheet, aldus steeds Rosebroom.
onder voorbehoud[zijn]
van een geslaagde overname van de vennootschap”, waarbij inbegrepen was “
de bancaire hypothecaire lening (met goedkeuring sns)”. Bovendien volgt uit de overgelegde correspondentie tussen partijen in de aanloop naar de bespreking met SNS (zie 2.4 - 2.9) dat partijen op de hoogte waren van het standpunt van SNS dat haar instemming met de aandelenverkoop vereist was en komt aanhoudend terug dat het ontslag van AMP uit de kredietovereenkomst met SNS een essentieel onderhandelingspunt was. Door partijen werd dit kennelijk dan ook als een noodzakelijk element voor het bereiken van overeenstemming beschouwd. Partijen hebben ook dienovereenkomstig gehandeld en SNS met dit doel benaderd.
term sheet. Dat partijen vervolgens op 13 december 2016 een bespreking met SNS hebben gepland, maakt niet dat de elementen in de
term sheettot de totstandkoming van een perfecte overeenkomst tussen partijen heeft geleid. Evenmin heeft Rosebroom – zoals MPH terecht aanvoert – voldoende nader onderbouwd dat de onderhandelingen met SNS geen voorwaarde meer zou zijn voor het doorgaan van de transactie, omdat zij reeds had geaccepteerd dat in het uiterste geval de gehele schuld van SNS zonder korting zou worden overgenomen of ineens bij levering van de aandelen zou aflossen. Dit beeld volgt nergens uit en strookt niet met het feit dat uit de correspondentie tot en met 10 april 2017 juist naar voren komt dat Rosebroom slechts bereid was de financiering voort te zetten met het stellen van zekerheden in plaats van AMP, dan wel de lening met een korting van (aanvankelijk) ongeveer één miljoen euro af te lossen (zie 2.5, 2.7 - 2.10). Dat, zoals Rosebroom betoogt, het voor partijen op voorhand duidelijk was dat Rosebroom en haar vermogende aandeelhouders met groot gemak voldoende zekerheid zouden kunnen stellen, leidt evenmin tot een ander oordeel. Los staand van het feit dat Rosebroom niet heeft toegelicht waarom dit voor MPH (of SNS) een gegeven had moeten zijn, neemt deze omstandigheid niet weg dat de medewerking van SNS aan de afwikkeling van de financiering en daarmee het ontslag van AMP uit de financiering, op 12 december 2016 nog niet in zicht was. Een eerste bespreking over de onder 2.9 aangehaalde financieringsmogelijkheden met SNS en toetsing van de financiële situatie van Rosebroom vond namelijk pas na 12 december 2016 plaats.
term sheetvermelde koopprijs van EUR 500.000,00 mede afhankelijk heeft gesteld van de uitkomst van de onderhandelingen met SNS. Dit valt naar het oordeel van de rechtbank onder meer op te maken uit de e-mail van 12 december 2016 van Rosebroom, waarin zij mededeelt dat zij in het geval dat SNS meewerkt aan één van de twee financiering scenario’s, een koopprijs van EUR 500.000,00 zal voldoen (zie 2.9), Aannemelijk is dan ook geworden dat partijen de koopprijs na succesvolle afronding van de onderhandelingen met SNS nog nader zouden bepalen. Dat in het onderhavige geval sprake was van een hiervan afwijkende situatie, heeft Rosebroom niet, althans onvoldoende nader onderbouwd.
letter of intentof exclusiviteit (zie 2.3) voort te zetten en MPH onbestreden heeft aangevoerd dat zij hier niet op is ingegaan. Gelet hierop had het op de weg van Rosebroom gelegen om indien zij enkel op basis van exclusiviteit wenste te onderhandelen, hier nadere afspraken over te maken, hetgeen zij heeft nagelaten.
7.712,00(2,0 punten × tarief EUR 3.856,00)