2.13.Naar het oordeel van de rechtbank dient NIK te worden aangemerkt als
belanghebbende in de zin van Boek 1 Titel 3 Rv. Redengevend is het volgende.
a. Het Reglement betreffende de inrichting en het bestuur van NIK (hierna: het NIK-
reglement) luidt, voor zover hier van belang:
Van het Kerkgenootschap, de Gemeenten, de Samenwerkingsverbanden en de Ressorten.
Par. 1. Van het Kerkgenootschap
Het Nederlands-Israëlietisch Kerkgenootschap bestaat uit: de Joden, woonachtig in Nederland, die lid zijn van en
als zodanig ingedeeld zijn in kerkelijke gemeenten, behorende tot het Kerkgenootschap.
(…)
Par. 2. Van de Gemeenten, de Samenwerkingsverbanden en de Ressorten.
De Centrale Commissie stelt het gebied der gemeenten bij verordening vast en is bij uitsluiting bevoegd
gemeenten te erkennen, te ontbinden, te verenigen of te splitsen.
(…)
Aan de gemeenten is met inachtneming van de bepalingen van dit Reglement, de regeling van haar bestuur en
huishouding overgelaten.
(…)
Zonder voorafgaande goedkeuring van de Permanente Commissie kunnen de gemeenten:
a. haar onroerende zaken,
b. haar roerende zaken, ter waarde van meer dan duizend gulden,
c. haar roerende zaken van religieuze aard of van historische betekenis ongeacht de geldelijke waarde,
noch geheel, noch ten dele vervreemden of bezwaren.
Voorts kunnen de gemeenten zonder een goedkeuring als bovenbedoeld niet overgaan tot:
d. het voeren van rechtsgedingen, voor alle gerechten, scheidsgerechten daaronder begrepen, zo eisend als
verwerend. Deze voorafgaande goedkeuring is niet vereist voorzover spoedeisende gerechtelijke maatregelen
aan de orde zijn, als wanneer echter de goedkeuring moet worden gevraagd zodra zulks mogelijk is,
e. het aangaan van dadingen en/of het zich verbinden als borg en/of hoofdelijke medeschuldenaar,
f. het aanvaarden van nalatenschappen, anders dan onder het voorrecht van boedelbeschrijving.
Van de beperkingen sub b tot en met e kan de Permanente Commissie dispensatie verlenen. Aan deze dispensatie
kunnen voorwaarden worden verbonden. Elke dispensatie kan te allen tijde worden ingetrokken.
Van het Algemeen Bestuur van het Kerkgenootschap
Van de samenstelling van het bestuur
Par. 1. Algemene bepalingen
Een college, Centrale Commissie tot de Algemene Zaken van het Nederlands-Israëlietisch Kerkgenootschap
genaamd, bestuurt het Kerkgenootschap.
Par. 3. Van het Dagelijks Bestuur
De Centrale Commissie benoemt uit haar midden een Dagelijks Bestuur, genaamd Permanente Commissie (…).
HOOFDSTUK III
Van de bevoegdheden en plichten van de Centrale Commissie en van de Permanente Commissie
Par. 2. Bijzondere bepalingen
(…) het sociale en culturele werk (…) hebben de voortdurende aandacht van de Centrale Commissie.
De Centrale Commissie houdt toezicht op en treft zo nodig maatregelen terzake van de in de voorafgaande alinea omschreven aangelegenheden, voorzover een en ander direkt of indirekt van het Kerkgenootschap of van enige gemeente uitgaat en/of door een dezer lichamen wordt gesubsidieerd (…).
Van de gelden en geldmiddelen van het Kerkgenootschap
Indien een gemeente uit bezittingen een in verband met haar ledental en noodzakelijke uitgaven hoog inkomstenbedrag geniet, kan de Centrale Commissie bepalen, dat een deel van deze inkomsten of van de bezittingen, waaruit deze vloeien, wordt overgedragen aan het Kerkgenootschap.
De Centrale Commissie kan aan gemeenten een bijdrage in haar noodzakelijke uitgaven toekennen.
(…)
b. In de tussenbeschikking is in 2.3 reeds een deel van het Reglement 2013 van NIHS
weergegeven. Het Reglement 2013 van NIHS luidt voorts, voor zover hier van belang:
Artikel 5.2.1 Omschrijving
Het Bestuur is het orgaan van de Gemeente dat belast is met de leiding van de Gemeente en met de uitoefening
van aan hem opgedragen taken bij of krachtens dit Reglement of bij of krachtens andere op hem van
toepassing zijnde reglementen en verordeningen (bijvoorbeeld van het NIK) (…).
Artikel 5.2.4 Aangaan overeenkomsten/Externe werking bij ontbreken goedkeuring
1. Het Bestuur is – na verkrijging van goedkeuring van de Raad van Toezicht – bevoegd te besluiten tot het
aangaan van overeenkomsten tot het kopen, vervreemden of bezwaren van registergoederen en van
overeenkomsten waarbij de Gemeente zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde
sterk maakt of zich tot zekerheid voor een schuld van een derde verbindt. Dit laat onverlet dat daarnaast uit de
bepalingen van het NIK reglement (of andere reglementen en verordeningen van het NIK) kan voortvloeien dat
ook goedkeuring van andere organen nodig is (…).
2. Op het ontbreken van de in lid 1 bedoelde goedkeuring van de Raad van Toezicht kan tegen derden beroep
worden gedaan. Dit geldt evenzo wanneer goedkeuring van andere organen als bedoeld in lid 1 nodig is. (…)
c. De considerans van het door NIHS per 1 mei 2013 vastgestelde Modelreglement
Sjoelgemeenschap luidt, voor zover hier van belang:
Op 1 mei 2013 heeft de NIHS (binnen het kerkverband van het NIK) een nieuwe structuur gekregen, waarbij
naast en onder de NIHS meerdere Sjoelgemeenschappen zijn ontstaan. (…) Zowel de NIHS als de
Sjoelgemeenschappen maken deel uit van het kerkverband van het NIK en zijn en blijven onderworpen aan de
regelingen van het NIK (…).
d. In de tussenbeschikking is in 2.2 reeds een deel van het Algemeen Reglement van NIISA
weergegeven. Het Algemeen Reglement van NIISA luidt voorts, voor zover hier van belang:
1. De sociale zorg ten behoeve van (…) Joden binnen het gebied van de Nederlands-Israëlietische
Hoofdsynagoge te Amsterdam, voor zover die in verband met de Algemene Bijstandswet moet worden gerekend
tot de bemoeiingen van de Kerkelijke Gemeenten te behoren, wordt uitgeoefend door de Nederlands-
Israëlitiesche Instelling voor Sociale Arbeid, (…) vroeger genaamd Nederlandsch-Israëlietisch Armbestuur,
thans bij afkorting ook genaamd N.I.I.S.A.
2. Tot de taak van de N.I.I.S.A. behoort tevens de kerkelijke sociale zorg en de behartiging van die takken van
sociale voorzorg waarmee de Kerkeraad van de Nederlands-Israëlietische Hoofdsynagoge te Amsterdam de
N.I.I.S.A. belast. (…)
e. Aldus zijn NIK, NIHS en NIISA op diverse wijzen met elkaar verbonden:
( i) NIK is ingedeeld in (kerkelijke) gemeenten (artikel 1 NIK-reglement). Zijn Centrale
Commissie stelt het gebied der gemeenten vast en is bevoegd gemeenten te erkennen, te
verenigen en te splitsen (artikel 2 NIK-reglement). NIHS is een van die gemeenten. NIHS
maakt deel uit van het kerkverband van NIK en is onderworpen aan de regelingen van
NIK (considerans van het Modelreglement Sjoelgemeenschap).
(ii) De taken van het bestuur van NIHS worden mede bepaald door van toepassing
zijnde reglementen en verordeningen van NIK (artikel 5.2.1 NIHS-reglement 2013). Uit het
NIK-reglement en andere reglementen en verordeningen van NIK kan voortvloeien dat het
bestuur van NIHS voor bepaalde besluiten niet alleen goedkeuring nodig heeft van de Raad
van Toezicht, maar ook van andere organen (artikel 5.2.4 leden 1 en 2 NIHS-reglement
2013). Voor bepaalde rechtshandelingen van NIHS is voorafgaande goedkeuring van de
Permanente Commissie van NIK vereist (artikel 8 NIK-reglement).
(iii) Het sociale werk heeft de voortdurende aandacht van de Centrale Commissie van NIK.
De Centrale Commissie van NIK houdt daarop toezicht en treft zo nodig maatregelen ter
zake daarvan, voor zover een en ander direct of indirect uitgaat van NIK of van enige
gemeente (artikel 48 NIK-reglement). De tot de bemoeiingen van NIHS behorende
(kerkelijke) sociale zorg wordt uitgeoefend door NIISA (artikel 1 Algemeen Reglement
NIISA).
(iv) De Centrale Commissie van NIK kan bepalen dat een deel van de inkomsten of de
bezittingen van een gemeente wordt overgedragen aan NIK (artikel 76 NIK-reglement). De
Centrale Commissie van NIK kan aan gemeenten een bijdrage toekennen in hun
noodzakelijke uitgaven (artikel 77 NIK-reglement).
f. Het onderhavige verzoek van NIISA, dat ertoe strekt dat haar machtiging wordt verleend
tot omzetting van haarzelf in een stichting, raakt onmiskenbaar in elk geval een deel van de
hiervoor geschetste banden tussen NIK, NIHS en NIISA.
g. NIISA wijst op de in artikel 5 NIK-reglement voorziene autonomie van de gemeenten. Zij
voert aan dat NIK geen orgaan van haar is. Zij voert voorts aan dat noch het NIK-reglement
noch haar Algemeen Reglement (anderszins) bevoegdheden van NIK ten aanzien van haar
bevat. Zij voert tot slot aan dat alle eerdere wijzigingen van haar Algemeen Reglement tot
ieders tevredenheid zonder tussenkomst van NIK tot stand zijn gekomen. Wat er van dit
alles ook zij, het doet niet af aan de hiervoor geschetste banden tussen NIK, NIHS en
NIISA.
h. Al met al kan NIK door de uitkomst van de onderhavige procedure zodanig in een eigen
belang worden getroffen dat het hierin behoort te mogen opkomen ter bescherming van dat
belang, althans is NIK anderszins zo nauw betrokken bij het onderwerp dat in deze
procedure wordt behandeld dat daarin een belang is gelegen om in deze procedure te
verschijnen.