Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
1.Procesgang.
2.Identiteit van de opgeëiste persoon.
3.Inhoud en grondslag van het verzoek tot uitlevering
the Judicial District Court of Durrësvan 13 juni 2011. Het in die bijlage tussen [ ] geplaatste gedeelte moet als hier ingevoegd te worden beschouwd.
4.Dubbele strafbaarheid
Criminal Codeheeft als opschrift ‘Illegal manufacturing and possession of military weapons and ammunition’. De
tweedealinea van deze bepaling stelt ‘Possession of military ammunitions without permission of the competent state authorities’ strafbaar met een vrijheidsstraf van ten hoogste
tweejaren. De
vierdealinea van de bepaling stelt ‘Possession of arms (…) in public premises, without the permission of the competent state authorities’ strafbaar met een vrijheidsstraf van
zeven tot en met vijftienjaren.
Criminal Codeen op de voor het tweede feit opgelegde individuele vrijheidsstraf, leest de rechtbank het vonnis zo, dat de opgeëiste persoon wat betreft het tweede feit is veroordeeld voor het bezit van munitie en niet voor het bezit van het – kennelijk niet aangetroffen – vuurwapen waarmee hij het slachtoffer heeft gedood.
5. Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 3 Tweede Aanvullend Protocol bij het Europees Verdrag (hierna: TAP EUV) betreffende uitlevering
Report on the criminal offence that is attributable to the convict [opgeëiste persoon]van
the Prosecutor’s Office at the First Instance Court Durrësvan 20 september 2016 houdt onder meer het volgende in:
the General Prosecution Office of the Republic of Albania, Directory of Foreign Jurisdictional Relationsvan 14 november 2016 houdt onder meer het volgende in:
- The judgment in the Court of First Instance Durres, Durres Appeals Court and then in the Supreme Court has been held in the absence of the defendant [opgeëiste persoon] .
- The defendant was absent during the investigation as well as in all the hearings held in Court. Court pursuant to Albanian legislation has regularly made announcements in his residence address to participate in the hearings. Initially the defendant is initially protected in investigation and trial by the lawyer [naam advocaat] Member of the Tirana Chamber of Advocates, a lawyer with close family ties with the citizen [opgeëiste persoon] , appointed with [zaaksnummer], dated 05.11.2009 (isued by the national [moeder opgeëiste persoon] mother of the citizen [opgeëiste persoon] ). Then due to truancy of the lawyer [naam advocaat] during the trial of the case, the Court of First Instance Durres decided his replacement by appointing as defender the lawyer Julian Kola.
- The judgment no. 432, dated 13.06.2011 of the Court of First lnstance Durres has become final, dated29.05.2013, the date on which the Criminal Chamber of the Supreme Court decided to uphold the decision.
mutatis mutandisvoor de vraag of de opgeëiste persoon een rechtsmiddel als bedoeld in art. 13 EVRM ten dienste staat ter zake van die inbreuk.
Supreme Courtvan Albanië van 17 september 2010, No. 812.
Law on Jurisdictional Relations with Foreign Authorities in Criminal Matterskan een ‘final criminal judgment rendered against the extraditee by local judicial authorities in his absentia, (…) be reviewed upon the request of the extraditee if the Minister of Justice has provided such a guarantee to the requested state’. De beoordeling van een dergelijk verzoek ‘shall be compliant with provisions of the Criminal Procedure Code’. Artikel 450 van de
Criminal Procedure Codesomt de gronden voor herziening van onherroepelijke veroordelingen op. Volgens artikel 453, derde lid, van de
Criminal Procedure Codewordt de veroordeling bij inwilliging van het verzoek om herziening vernietigd en wordt de zaak ‘for reexamination’ teruggewezen naar ‘the court of first instance that has rendered the sentence’.
Supreme Courtvan Albanië dit samenstel van bepalingen zo heeft uitgelegd, dat in geval van uitlevering aan Albanië onder de in artikel 3, eerste lid, TAP EUV bedoelde ‘verzekering’ de uitgeleverde persoon die bij verstek is berecht en veroordeeld het recht heeft op een nieuw proces via de procedure van artikel 450 van de
Criminal Procedure Code(vgl. EHRM 5 november 2013, 34783/06 (Izet Haxhia/Albanië), § 37).
voordathet
Supreme Courtvan Albanië het recht van Albanië zo heeft uitgelegd, dat in een geval als het onderhavige het recht op een nieuw proces bestaat. Reeds daarom zijn de beslissingen van de rechters uit het Verenigd Koninkrijk niet van belang.
6.Dreigende schending van de artikelen 2 en 3 EVRM
7.Slotsom
8.Toepasselijke wetsartikelen.
Trb. 1965, 9) en artikel 3 van het Tweede Aanvullend Protocol bij dat Verdrag (
Trb. 1979, 120).
9.Beslissing.
TOELAATBAARde door de Republiek Albanië verzochte uitlevering van
[opgeëiste persoon]ten behoeve van de tenuitvoerlegging van de hem in Albanië wegens de feiten zoals vermeld op het tussen [ ] geplaatste deel van de bijlage opgelegde vrijheidsstraf.