Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 23 oktober 2015, met producties
- de conclusie van antwoord van 20 januari 2016, met producties
- het tussenvonnis van 17 februari 2016 waarin de zaak is verwezen naar de rol voor repliek
- de conclusie van repliek van 11 mei 2016, tevens inhoudende akte tot wijziging van eis, met producties
- de conclusie van dupliek van 3 augustus 2016, tevens antwoord wijziging eis, met producties
- de akte uitlating producties van Caransa van 14 september 2016, met producties
- de akte uitlating producties van het AMC van 12 oktober 2016, zonder producties
- het proces-verbaal van pleidooi van 4 april 2017 en de daarin vermelde stukken
- de brieven van 28 april 2017 van het AMC en 1 mei 2017 van Caransa met opmerkingen over het proces-verbaal,
- de berichten van 5 mei 2017 van het AMC en 8 mei 2017 van Caransa, inhoudende dat mediation niet tot overeenstemming tussen partijen heeft geleid.
2.De feiten
Nemen het volgende in aanmerking:
Nemen het volgende in aanmerking en komen als volgt overeen:
het Hotel”).
bijlage 1), welke is opgesteld op basis van door Caransa verstrekte gegevens, als basis zal dienen voor de verdere ontwikkeling en realisatie van het Hotel en de samenwerking daartoe door partijen;
bijlage 2; getiteld: “Market and Feasibility Study AMC Hotel Amsterdam”, rb) verwerkte impressie / uitstraling van het Hotel uitgangspunt is voor de verdere ontwikkeling tot bestek en tekeningen alsmede voor de verdere samenwerking door partijen;
Motivering vrijstelling
Bestemming/Ontwikkeling:
3.Het geschil
primair:
4.De beoordeling
Aansprakelijkheid
Subonderdeel 2.5vervolgt met de klacht dat het hof ten onrechte de mogelijkheid van het geleden zijn van schade aan de zijde van Caransa aannemelijk heeft geacht en ten onrechte heeft verwezen naar de schadestaatprocedure. Niet (zonder meer) valt volgens het AMC in te zien waarom de mogelijkheid van het geleden zijn van schade door Caransa aannemelijk is; uit de ontbindingsverklaring van Caransa blijkt volgens het subonderdeel immers dat Caransa het Zotel niet zou hebben gerealiseerd indien het AMC de grond wel in (onder)erfpacht had gegeven, vanwege de ontbrekende zekerheid aan de zijde van de gemeente. Ook is [volgens het AMC, rb] door Caransa niet aannemelijk gemaakt welke andere schade zij heeft geleden door het niet uitgeven van de grond in (onder)erfpacht op 24 september 2009.
14.449,50(4,5 punten × tarief € 3.211,00)