In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank Amsterdam, vorderden de eisers, aandeelhouders van Moldavische vennootschappen, schadevergoeding van OPH c.s. wegens onrechtmatig handelen. De eisers stelden dat OPH en Plahotniuc betrokken waren bij een onrechtmatige onteigening van hun aandelen in Victoriabank, een Moldavische financiële instelling. De rechtbank oordeelde dat, voor zover er al sprake was van onrechtmatig handelen, de eisers geen eigen schadevergoedingsactie konden instellen omdat zij onvoldoende hadden aangetoond dat OPH c.s. een specifieke zorgvuldigheidsnorm had geschonden. De rechtbank wees de vorderingen van de eisers af en veroordeelde hen in de proceskosten. In reconventie werd het conservatoir beslag opgeheven, en ook hier werden de eisers in de proceskosten veroordeeld. Het vonnis werd uitgesproken op 8 maart 2017.