Uitspraak
.
1.Het verloop van de procedure
- het verzoekschrift ingekomen op 24 september 2013
- het verweerschrift tevens houdende zelfstandige verzoeken ingekomen op 1 augustus 2014
- het verweerschrift tegen zelfstandige verzoeken tevens houdende een aanvullend verzoek ingekomen op 21 oktober 2014
- de onttrekking van mr. A.H. van Haga als advocaat van de vrouw per 20 maart 2015
- mr S.L.A. Verburgt heeft zich op 25 maart 2015 gesteld als advocaat van de vrouw
- het F9-formulier met bijlagen van 11 mei 2015 van de zijde van de vrouw
- nog een F9-formulier met bijlagen van 11 mei 2015 van de zijde van de vrouw
- de brief van 3 augustus 2015 van de zijde van de man
- het F9-formulier met bijlagen van 4 augustus 2015 van de zijde van de man
- het F9-formulier met bijlagen van 5 augustus 2015 van de zijde van de vrouw
- het F9-formulier met bijlagen van 7 augustus 2015 van de zijde van de man
- het F9-formulier met bijlagen van 7 augustus 2015 van de zijde van de vrouw
- het F9-formulier met bijlagen van 14 augustus 2015 van de zijde van de man
- het F9-formulier van 14 augustus 2015 van de zijde van de vrouw
- het F9-formulier met bijlagen van 18 december 2015 van de zijde van de vrouw
- het F9-formulier met bijlagen van 21 december 2015 van de zijde van de man
- de brief met bijlagen van 2 mei 2016 van de zijde van de man
- het F9-formulier met bijlagen van 2 mei 2016 van de zijde van de vrouw
- het F9-formulier met bijlagen van 2 mei 2016 van de zijde van de vrouw
- het F9-formulier met bijlagen van 3 mei 2016 van de zijde van de vrouw
- het F9-formulier met bijlagen van 3 mei 2016 van de zijde van de vrouw
- het F9-formulier met bijlagen van 4 mei 2016 van de zijde van de man
- de brief met bijlagen van 7 mei 2016 van de zijde van de man
- de brief met bijlagen van 20 mei 2016 van de zijde van de vrouw
- het F9-formulier met bijlagen van 25 mei 2016 van de zijde van de man
- het F9-formulier met bijlagen van 26 mei 2016 van de zijde van de vrouw
- het F9-formulier met bijlagen van 10 juni 2016 van de zijde van de man
- het F9-formulier met bijlagen van 13 juni 2016 van de zijde van de vrouw
- het F9-formulier met bijlagen van 16 juni 2016 van de zijde van de man
- het F9-formulier met bijlagen van 16 juni 2016 van de zijde van de man
- het F9-formulier met bijlagen van 5 april 2017 van de zijde van de vrouw
- het F9-formulier met bijlagen van 7 april 2017 van de zijde van de vrouw.
[het kind], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 2010, bepaald van € 785,- per maand. Voorts is bij die beschikking bepaald dat de vrouw met ingang van 2 juli 2013 en voor de duur van de echtscheidingsprocedure gehouden is de man bij wijze van bijdrage in de woonlasten van de echtelijke woning een bedrag van € 625,- per maand te betalen. Daarbij is uitgegaan van een behoefte van [het kind] van € 790,- per maand en kinderopvangkosten van € 667,50, waardoor de behoefte is vastgesteld op € 1.460,- per maand.
2.De verdere beoordeling
- de periode van februari 2013 tot heden: inkomen van de man € 53.462 bruto per jaar;
- de periode van februari 2013 tot 1 juli 2013: inkomen van de vrouw € 48.125 per jaar,
- de periode van juli 2013 tot 1 maart 2015 de vrouw dient € 625 bij te dragen als woonlast;
- de periode van juli 2013 tot 1 januari 2015: inkomen van de vrouw € 33.600 per jaar;
- tot 1 januari 2015 wordt rekening gehouden met fiscaal voordeel van het betalen van kinderalimentatie en heffingsvrijstellingen, door de man gesteld op € 820,-;
- de periode van januari 2015 tot heden: inkomen van de vrouw € 33.600,- plus kindgebonden budget (kgb), welk kgb wordt opgeteld bij het inkomen van de vrouw;
- de periode vanaf januari 2015: de hypotheekrente van € 15.980,- per jaar voor de woning aan [adres 4] te [plaats] is niet meer aftrekbaar voor de man, de vrouw dient daarvan € 880,- per maand bij te dragen, bij berekening van de draagkrachtruimte van de man wordt bij de forfaitaire woonlastencomponent rekening gehouden met € 880,- plus € 400,- en € 205,- aan kosten VVE, voor zover dit boven de forfaitaire woonlast uitkomt;
- de behoefte van [het kind] wordt met ingang van februari 2013 gesteld op € 790,- per maand, de nettokosten van kinderopvang tot 1 september 2014 op € 636,-, dus totaal € 1.426,- en daarna inclusief kinderopvangkosten op € 960,- per maand;
- de zorgkorting wordt vastgesteld op 35% van het eigen aandeel van partijen in de kosten van verzorging.
- van 1 februari 2013 tot 1 juli 2013 op € 506,50 per maand;
- van 1 juli 2013 tot 1 september 2014 op € 707,50,- per maand;
- van 1 september 2014 tot 31 december 2014 € 357,- per maand;
- vanaf 1 januari 2015 op €186,- per maand.
3.Afwikkeling van de huwelijksgoederengemeenschap
- 1/3e van de aandelen in [naam B.V. 2] . (hierna: [naam B.V. 2] ) ;
- 1/3e van de aandelen in [naam B.V. 3] (hierna: [naam B.V. 3] ). Deze B.V. houdt:
Servies Coquet
Sieraden/zilver/schilderijen
- de woning aan
- het appartement aan de
- de woning aan
- de woning aan de
- van een aan een hypothecaire geldlening van de ABN AMRO gekoppelde beleggingsrekening met nummer [hypotheeknummer 6] dient de man de helft van het saldo per 1 mei 2016 aan de vrouw te vergoeden;
- de aandelen in [naam B.V. 1] worden in de verdeling meegenomen tegen een waarde van € 168.506,-, dan wel € 218.675,- indien de aandelen niet binnen 2 jaar na de peildatum zijn overgedragen;
- de rekening-courantschuld aan [naam B.V. 1] wordt in de verdeling meegenomen tegen een waarde van € 61.610,-;
- het saldo per 24 september 2013 van de bankrekeningen op naam van de man met de volgende nummers worden in de verdeling meegenomen, waarbij de man gehouden is de helft aan de vrouw te vergoeden, dan wel dient de vrouw de helft van een negatief saldo aan de man te vergoeden
de vrouw dient derhalve € 10.875,- aan de man te vergoeden;
4.De beslissing
- van 1 februari 2013 tot 1 juli 2013 op € 506,50
- van 1 juli 2013 tot 1 september 2014 op € 707,50
- van 1 september 2014 tot 31 december 2014 € 357,-
- vanaf 1 januari 2015 op € 186,-
- zodra de dubbele woonlasten zijn weggevallen op € 197,-
- verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
- wijst af het meer of anders verzochte.
- bepaalt een mondelinge behandeling op een nader te bepalen datum;
- bepaalt dat partijen binnen 2 weken hun verhinderdata, alsmede die van hun deskundigen, over de maanden september en oktober 2017 dienen op te geven aan de rechtbank, waarna een zittingsdatum zal worden bepaald, de zaak wordt daartoe
- bepaalt dat de man de gelegenheid krijgt om de ontbrekende saldi per peildatum aan te tonen en dat hij de bijbehorende bescheiden uiterlijk 10 dagen voor de te bepaling zittingsdatum aan de rechtbank en aan de wederpartij doet toekomen;
- houdt iedere verdere beslissing aan.