Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de meervoudige kamer van 16 december 2015 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats 1] , eiser
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 16 december 2015.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 16 december 2015 uitspraak gedaan in een geschil tussen een bijstandsontvanger en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam. De eiser, die sinds 18 augustus 2013 bijstand ontving, had zijn bijstand zien herzien en ingetrokken over de periode van 1 december 2014 tot en met 26 februari 2015, omdat in een door hem gehuurd bedrijfspand een hennepkwekerij was aangetroffen. De rechtbank oordeelde dat de aanwezigheid van de hennepkwekerij in het bedrijfspand voldoende grond vormde voor de veronderstelling dat de eiser (mede)exploitant was van de hennepkwekerij, ongeacht het feit dat het een bedrijfspand betrof en niet een woning. De rechtbank volgde de eiser niet in zijn betoog dat hij niet betrokken was bij de hennepkwekerij, omdat hij het pand had onderverhuurd. De rechtbank oordeelde dat de eiser niet met overtuigende en verifieerbare gegevens had aangetoond dat hij niet betrokken was bij de exploitatie van de hennepkwekerij. De rechtbank concludeerde dat de eiser de op hem rustende inlichtingenverplichting had geschonden, waardoor het recht op bijstand niet kon worden vastgesteld. De rechtbank verklaarde het beroep van de eiser ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling of vergoeding van het griffierecht.