Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
,
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
een jaar, door de opgeëiste persoon te ondergaan op het grondgebied van de uitvaardigende lidstaat. Van deze vrijheidsstraf resteren nog elf maanden en 29 dagen. De vrijheidsstraf is aan de opgeëiste persoon opgelegd bij voornoemd vonnis.
“overeenkomstig de procedurevoorschriften van de uitvaardigende lidstaat”,die voorafgaan aan de omschrijving van de onderdelen a tot en met d van artikel 12 OLW, zijn bij de beoordeling of zich één van de in artikel 12, aanhef en onder a tot en met d, OLW genoemde uitzonderingen op de verplichting tot weigering van de overlevering heeft voorgedaan de procedurevoorschriften van de uitvaardigende lidstaat bepalend (Rb. Amsterdam 24 februari 2012, ECLI:NL:RBAMS:2012:BV7998).
4.Strafbaarheid
De uitvaardigende justitiële autoriteit heeft in een aanvullende brief de in het EAB onder e) vermelde datum waarop het feit heeft plaatsgevonden gecorrigeerd.
De juiste pleegdatum is 17 maart 2013.
5.Slotsom
6.Toepasselijke wetsbepalingen
7.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan the Regional Court in Poznań (Polen) ten behoeve van de tenuitvoerlegging van de vrijheidsstraf, te ondergaan op het grondgebied van de uitvaardigende lidstaat, wegens het feit waarvoor zijn overlevering wordt verzocht.