Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- het vonnis in incident van 22 mei 2013, met de daarin vermelde gedingstukken, waarbij RODAP is toegestaan zich in de hoofdzaak aan de zijde van UPC c.s. te voegen, de kosten in het incident zijn gecompenseerd en in de hoofdzaak de zaak naar de rol is verwezen voor conclusie van antwoord aan de zijde van UPC c.s. en voor conclusie in interventie aan de zijde van RODAP;
- het verzoek tot aanhouding van UPC c.s., met producties;
- de akte in interventie strekkende tot ondersteuning van het verzoek tot aanhouding van UPC c.s., aan de zijde van RODAP;
- de antwoordakte aan de zijde van Lira;
- de rolbeslissing van 19 juni 2013, waarbij het verzoek tot aanhouding van de zaak is afgewezen;
- de conclusie van antwoord aan de zijde van UPC c.s., met producties;
- de conclusie in interventie aan de zijde van RODAP, met producties;
- het tussenvonnis van 9 oktober 2013, waarbij een comparitie van partijen is gelast;
- het proces-verbaal van de comparitie gehouden op 15 april 2014, met de daarin vermelde stukken, waaronder de akte wijziging van eis aan de zijde van Lira.
2.De feiten
¶Auteur sluit hierbij met het oog op de exploitatie van zijn Rechten een Aansluitingscontract met Lira. (…)
De rechten genoemd onder het kopje Facultatieve overdracht, worden in het Aansluitingscontract eveneens ieder voorafgegaan door een voorgedrukt selectievakje. De auteur dient in dit geval zelf een selectievakje aan te kruisen bij het recht dat hij aan Lira wenst over te dragen.
1. Basisoverdracht
3.Het geschil
- Lineaire Doorgifte: de doorgifte aan abonnees als onderdeel van een televisie- of radioprogramma op een zender die voorkomt in een door UPC, Zeelandnet dan wel Ziggo aan haar abonnees aangeboden pakket met televisie- en/of radiozenders, zulks volgens het uitzendschema zoals dat is bepaald door de omroepinstelling op wiens zender het programma wordt doorgegeven.
- Uitzending Gemist: de terbeschikkingstelling aan abonnees op een pakket met televisie- en/of radiozenders als hiervoor bedoeld, zulks op een door de abonnee gekozen tijdstip binnen een periode van twee weken na de Lineaire Doorgifte en als onderdeel van het abonnement op het pakket als hiervoor bedoeld.
- Door Lira vertegenwoordigde werken: auteursrechtelijk beschermde werken met betrekking waartoe Lira krachtens overeenkomst, wet en/of statuten bevoegd is om staking te vorderen als voormeld, waaronder de werken als gedefinieerd in het Lira Aansluitingscontract met betrekking waartoe één of meerdere auteurs het Lira Aansluitingscontract hebben getekend.
4.De beoordeling
Verder is, op grond van artikel 45d Aw, sprake van een vermoeden van overdracht door de makers die een bijdrage aan een filmwerk leveren aan de producent van een filmwerk. Volgens UPC c.s. en RODAP staat dit vermoeden van overdracht in de weg aan de door Lira beoogde overdracht bij voorbaat van (onder meer) het recht op openbaarmaking. Gelet op artikel 45d Aw kan een auteur geen rechten meer aan Lira overdragen, aldus UPC c.s. en RODAP.
Deze verklaringen zijn echter onvoldoende om aan te kunnen nemen dat Lira bevoegd is om in de onderhavige procedure op te treden namens buitenlandse auteurs, nu de omvang van de vertegenwoordigingsbevoegdheid niet aan de hand van de onderliggende overeenkomsten kan worden vastgesteld.
Lira heeft in haar processtukken en ter comparitie van partijen benadrukt dat het haar er niet om te doen is om “het scherm op zwart te zetten”, maar om UPC c.s. te bewegen weer een licentieovereenkomst met Lira te sluiten. De rechtbank ziet in deze omstandigheid aanleiding om, teneinde partijen voldoende tijd te gunnen om met elkaar te overleggen, het verbod te laten ingaan na afloop van negentig dagen na betekening van dit vonnis. UPC, Zeelandnet en Ziggo zullen daarom worden bevolen om de openbaarmaking door middel van Lineaire Doorgifte en Uitzending Gemist-diensten van de werken waarvan Lira auteursrechthebbende is, zonder dat daarvoor schriftelijke toestemming van Lira is verkregen, na afloop van negentig dagen na betekening van dit vonnis te staken en gestaakt te houden. De begrippen “Lineaire Doorgifte” en “Uitzending Gemist-diensten” dienen daarbij te worden uitgelegd als hiervoor onder 3.2 vermeld.
Hoewel niet in het petitum gevorderd zal ook RODAP als de in het ongelijk gestelde interveniënt – op grond van artikel 237 Rv – worden veroordeeld in de kosten van deze procedure (vergelijk HR 28 november 1986, ECLI:NL:HR:1986:AC9604).