ECLI:NL:RBALM:2006:AX9138
Rechtbank Almelo
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Aanslag onroerendezaakbelastingen en de kwalificatie als niet-woning
In deze zaak heeft de Rechtbank Almelo op 20 juni 2006 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Zorggroep Sint Maarten en de heffingsambtenaar van de gemeente Dinkelland. De eiseres, Stichting Zorggroep Sint Maarten, had bezwaar gemaakt tegen een aanslag onroerendezaakbelastingen voor het jaar 2004, opgelegd door de gemeente Dinkelland, ter hoogte van € 11.893,--. De kern van het geschil was of de onroerende zaak aan de Berghumerstraat 15 te Denekamp terecht was aangemerkt als niet-woning volgens de geldende verordening. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiseres eigenaar is van een verzorgingstehuis met 30 wooneenheden, en dat de vraag of het pand als woning kan worden gekwalificeerd, afhankelijk is van het gebruik van de ruimten in het pand.
De rechtbank heeft de relevante wetgeving, met name artikel 220f van de Gemeentewet, in overweging genomen, waarin het onderscheid tussen woningen en niet-woningen wordt gedefinieerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de onroerende zaak niet in hoofdzaak tot woning dient, omdat de verzorging in het pand deels bedrijfsmatig is en er een hoge mate van zelfstandigheid is voor de bewoners. De rechtbank heeft de argumenten van de eiseres, die stelde dat het pand hoofdzakelijk als woning dient, verworpen. De rechtbank concludeerde dat de gemeente terecht het tarief voor niet-woningen heeft gehanteerd, en verklaarde het beroep van de eiseres ongegrond.
De uitspraak biedt inzicht in de criteria die worden gehanteerd bij de kwalificatie van onroerende zaken als woning of niet-woning, en benadrukt het belang van het gebruik van de ruimten in de beoordeling. De rechtbank heeft de uitspraak op bezwaar van de gemeente in stand gelaten, en partijen zijn in de gelegenheid gesteld om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof te Arnhem of beroep in cassatie bij de Hoge Raad der Nederlanden.