Conclusie
Nummer23/02900
Inleiding
poging tot diefstal, voorafgegaan en vergezeld van geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen” veroordeeld tot een gevangenisstraf van 29 maanden, met aftrek van voorarrest. [1] Daarnaast heeft het hof beslist op de vorderingen van de benadeelde partijen en in verband daarmee (telkens) de schadevergoedingsmaatregel opgelegd.
Het middel
De relevante delen van de processtukken
14. Het proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt d.d. 23 juni 2020, dossierpagina's 196-198, voor zover inhoudende als relaas van [verbalisant] :
Een nadere omschrijving van het middel
Nu een verdachte zijn onschuld niet hoeft te bewijzen en het hof het door de verdediging gevoerde bewijsverweer heeft verworpen en daartoe heeft overwogen/geoordeeld dat van het gebruik van de telefoon door een ander dan de verdachte op geen enkele wijze is gebleken is het arrest/bewezenverklaring dan ook onvoldoende met redenen omkleed.” Daarbij merkt de steller van het middel op dat uit het als bewijsmiddel 14 aangemerkte proces-verbaal niet kan worden afgeleid dat de verdachte op 14 april 2019 gebruikmaakte van de iPhone met het [telefoonnummer] en het [IMEI-nummer] , en dat het feit dat de vriendin van de verdachte daarop een aantal maal een voicemail heeft ingesproken daarvoor – zonder dat de tekst van de berichten is weergegeven – ook onvoldoende is.