1 Een kopie van de aanslag ontbreekt in het dossier. De dagtekening staat vermeld in het verweerschrift van de Inspecteur.
2 Belastingdienst/P.
3 Rechtbank Breda, 11 december 2009, nr. 08/5017, LJN: BK8074.
4 Het in de aangifte in aftrek gebrachte bedrag van € 2.847 is berekend overeenkomstig hetgeen is bepaald in artikel 36 Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001.
5 De verschuldigde (en betaalde) kinderalimentatie in de jaren 2006 tot en met 2008 (in welk jaar de laatste uitkeringen zijn gedaan) is evenwel eveneens in aanmerking genomen bij de berekening van de waarde van de alimentatieverplichting. Dit maak ik althans op uit de brief van belanghebbende van 28 april 2009 voor de Rechtbank en de berekening van de contante waarden van de alimentatieverplichting in de bijlage bij deze brief.
6 Zie onderdeel 3.1. van de uitspraak van de Rechtbank.
7 Wet van 27 september 1892, Stb. 223.
8 HR 14 april 1926, B. 3799.
9 Artikel 555 BW (oud) luidt: 'De wet verstaat door zaken alle goederen en b) regten welke het voorwerp van eigendom kunnen zijn.'
10 Wet van 16 maart 1928, Stb. 68.
11 Kamerstukken II, 1927/1928, 164, nr. 5 (MvT), blz. 3.
12 Wet van 16 december 1964, Stb. 1964, 513.
13 Vóór 1992 stond in lid 1 het woord 'zaken' in plaats van 'goederen'.
14 Kamerstukken II, 1958/1959, 5380, nr. 5 (MvT), blz. 8.
15 Kamerstukken II, 1961/1962, 5380, nr. 21 (MvA), blz. 5-6.
16 Kamerstukken II, 1958/1959, 5380, nr. 5 (MvT), blz. 9.
17 Wet van 11 mei 2000, Stb. 2000, 215.
18 Kamerstukken II, 1998/1999, 26 727, nr. 3, blz. 37-38.
19 Kamerstukken II, 1998/1999, 26 727, nr. 3, blz. 227-228.
20 Kamerstukken II, 1998/1999, 26 727, nr. 3, blz. 291, 297.
21 Kamerstukken II, 1998/1999, 26 727, nr. A, blz. 84-85.
22 HR 27 februari 2009, nr. 07/12914, LJN: BD9217, BNB 2009/203 met noot E.J.W. Heithuis, FED 2009/47 met noot S.J. Mol-Verver, NTFR 2009/508 met noot Ganzeveld, V-N 2009/11.10 met noot redactie en VP-bulletin 2009/15 met noot redactie. 23 A-G HR, 17 juli 2008, nr. 07/12914, LJN: BE8947, NTFR 2008/1539 en V-N 2008/39.11 met noot redactie.
24 Antwoord op kamervragen van de leden Omtzigt, De Nerée tot Babberich en Cramer over de Wet IB 2001, 20 april 2009, DGB/2009/1878 U.
25 Kamerstukken II, 2008/2009, 32 128, nr. 3, blz. 56.
26 S.M.H. Dusarduijn, FED fiscale brochures, Vermogensrendementsheffing, Deventer: Kluwer 2010, blz. 31-32 en blz. 305.
27 R. Stam, VP-Bulletin 2009, 14. 'Alimentatie, de huidige fiscale stand van zaken nader bekeken'.
28 R.E.C.M. Niessen en L.J.A. Pieterse, De Wet inkomstenbelasting 2001, Editie 2009, zevende druk, Amersfoort: Sdu Uitgevers, blz. 62.
29 I.F.J.A. van Vijfeijken, 'Is de alimentatieverplichting een schuld in de zin van box 3?', WPNR 2009/6798, blz. 385-390.
30 Redactie Vakstudie Nieuws, 'Vragenrubriek', V-N 2009/17.29.
31 J. Ganzeveld, 'Dubbele aftrek in de Wet IB 2001?', NTFR 2008/2472.
32 R.F.C. Spek, 'Defiscalisering alimentatie is het overwegen waard', NTFR 2003/984 (Opinie).
33 Ch.P.A. Geppaart, Vermogensbelasting, Deventer: Kluwer 1995, blz. 140-141.
34 F. van Horzen, 'De kinderlozentaks revisited' (opinie), NTFR 2010/1061, blz. 5, noot 12.
35 Rechtbank 's-Gravenhage, 22 januari 2010, AWB 09/5754, LJN: BL2481.
36 HR 14 september 1983, nr. 21 308, LJN: AC3704, BNB 1983/314 met noot P. den Boer.
37 C. Asser/J. de Boer, Mr. C. Asser's Handleiding tot de beoefening van het Nederlands burgerlijk recht. 1. Personen- en familierecht. Deel VIII. Ontbinding van het huwelijk en scheiding van tafel en bed, Deventer: Kluwer 2010, nr. 620, 624 en 625, blz. 504, 511-512.
38 Dit hangt evenwel samen met het feit dat toepassing van de rangorderegeling in art. 2.14 Wet IB 2001 dit verhindert.
39 Met uitzondering van latente belastingschulden, die onder de Wet IB 1964 nog aftrekbaar waren (zie 4.6 en 4.12).