Conclusie
express trust in writing) of mondeling (
oral trust).
Transfer in trust:De settlor draagt tijdens zijn leven (inter vivos) aan de trustee goederen over ten titel van trust.
Declaration of trust: De settlor verklaart, dat hij voortaan bepaalde goederen houdt in de hoedanigheid van trustee ten behoeve van de beneficiaries.
Testamentary trust: De settlor richt bij testament een trust op die effect krijgt na zijn overlijden.
Implied trust: De totstandkoming van de trust berust niet op een uitdrukkelijke wilsverklaring van de settlor, maar op bepaalde gedragingen van de settlor, waaruit wordt afgeleid, dat hij bedoelde een trust op te richten.
Resulting trust: In zekere zin een bijzondere vorm van d; De settlor creëert een trust ten behoeve van een beneficiary ‘’for life’’. Indien hij verder niets regelt is hij krachtens een resulting trust bij het overlijden van de beneficiary gerechtigd tot de ‘’remainder’’.
Diverse benamingen van express trusts, samenhangend met specifieke trustbepalingen
Revocable trust: De trust kan door de settlor worden beëindigd, al dan niet met goedkeuring van de trustee.
Discretionary trust: De trustee is tot op zekere hoogte of volledig vrij om al dan niet uitkeringen aan de beneficiaries te doen; de trustee mag ook het inkomen jaarlijks reserveren (
accumulation trust). Staan de beneficiaries vast en hebben zij niet meer door de trustee te beïnvloeden rechten, dan spreekt men van een
fixed trust.
Protective trust: Een bepaalde beneficiary is gerechtigd, maar bij zijn faillissement of indien hij zijn rechten vervreemdt of bezwaart, gaan die rechten naar een andere beneficiary (een dergelijke trust kan de settlor niet ten behoeve van zichzelf oprichten).
Spendthrift trust: De beneficiary is geheel gerechtigd (dus niet ter discretie van T), maar zijn rechten zijn onvervreemdbaar en blijven buiten het bereik van zijn crediteuren, d.w.z. zij eindigen niet (zoals bij h) bij zijn faillissement.
Charitable trust: De trust heeft een liefdadig doel; er worden geen individuele beneficiaries aangewezen (de nakoming is door de overheid afdwingbaar).
Honorary trust: De trust is opgericht voor een abstract doel anders dan liefdadigheid, bijv. oprichting van een monument voor de settlor na zijn dood, verzorging na zijn dood van zijn huisdieren.
Constructive trust
Statutory trust
Trust, algemeen
voorwaardelijke eigendom, hetzij krachtens rechterlijke conversie (art. 15 lid 2 HTV) of liever nog langs contractuele conversie.’’
De fiscaalrechtelijke kwalificatie, jurisprudentie
Successierecht, schenkingsrecht, recht van overgang
Inkomstenbelasting
Vermogensbelasting
Vennootschapsbelasting
De fiscaalrechtelijke kwalificatie, literatuur
De parlementaire behandeling van de wetsvoorstellen 23 027 en 23 054 (R 1464)
De trust wordt fiscaal niet erkend
[X1]
[X2] en [X3]
[X4]
[X5]
Feiten en geschil
Beschouwingen
Algemeen
Het niet erkennen van de trust, algemeen
Mogelijkheid a (geen enkel fiscaal rechtsgevolg)
Mogelijkheid b (toerekening aan de beneficiaries)
Mogelijkheid c (toerekening aan de trust)
Erkenning van de trust
De waarde van de aanspraken van de beneficiaries
Conclusie