Uitspraak
RAAD VAN BEROEP
Op het hoger beroep van:
de Gouverneur van Aruba,
14 oktober 2019, AUA201901410 (aangevallen uitspraak), in het geding tussen:
[geïntimeerde],
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
bevestigtde aangevallen uitspraak.
Raad van Beroep in Ambtenarenzaken van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een uitspraak van het Gerecht in Ambtenarenzaken van Aruba, waarin de appellant, de Gouverneur van Aruba, de disciplinaire straf van voorwaardelijk ontslag had opgelegd aan de geïntimeerde, een technisch medewerker bij de Dienst Openbare Werken. De zaak betreft meerdere incidenten van plichtsverzuim, waaronder het slaan en bedreigen van een collega. De Raad voor de Rechtspraak heeft de zaak behandeld op 15 september 2021 en de feiten zijn als volgt vastgesteld: de geïntimeerde heeft op 29 mei 2018 een collega geslagen en op 8 november 2018 bedreigd. De Raad oordeelt dat de gedragingen van de geïntimeerde ernstig plichtsverzuim opleveren, maar dat de opgelegde straf van onvoorwaardelijk ontslag niet evenredig is aan het plichtsverzuim, gezien de lange diensttijd van de geïntimeerde zonder eerdere disciplinaire straffen. De Raad bevestigt de uitspraak van het Gerecht, waarbij de straf van voorwaardelijk ontslag wordt gehandhaafd. De Raad concludeert dat het hoger beroep van de appellant niet slaagt, en dat er geen aanleiding is voor een veroordeling in de proceskosten.