Uitspraak
Procesverloop
Overwegingen
Ingevolge artikel 64, eerste lid, nodigt het bestuursorgaan de bezwaarde en andere partijen binnen veertien dagen na afloop van de inzagetermijn, bedoeld in artikel 63, eerste lid, uit voor een hoorzitting waarin zij zich in persoon of bij gemachtigde kunnen doen horen.
Ingevolge het tweede lid kan in afwijking van het bepaalde in het eerste lid een ouderdomspensioen niet eerder ingaan dan een jaar vóór de eerste dag der maand, volgende op die, waarin de aanvraag werd ingediend of waarin de ambtshalve toekenning plaats vond. De SVB kan voor bijzondere gevallen van het bepaalde in de vorige volzin afwijken.
Volgens het door de SVB gevoerde beleid doet een bijzonder geval zich voor indien de belanghebbende door niet aan hem toe te rekenen oorzaak niet in staat was tijdig een aanvraag in te dienen of te laten indienen. Aan de hand van de individuele feiten en omstandigheden wordt bezien of het geval bijzonder is. Beoordeeld wordt of het complex van omstandigheden in onderlinge samenhang een bijzonder geval oplevert.
Beslissing
verklaarthet hoger beroep
gegrond;
vernietigtde uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao van 24 januari 2014 in zaak nr. CUR201300078;
verklaarthet in die zaak ingestelde beroep
gegrond;
vernietigtde beschikking van de Sociale Verzekeringsbank van 20 november 2012;
bepaaltdat de rechtsgevolgen van die beschikking in stand blijven voor zover betrekking hebbend op de ingangsdatum van het ouderdomspensioen;
wijsthet verzoek om vergoeding van de kosten van het bezwaar
afen
bepaaltdat deze uitspraak in zoverre in de plaats treedt van die beschikking;
veroordeeltde Sociale Verzekeringsbank tot vergoeding van de bij [appellant] in verband met de behandeling van het beroep en hoger beroep opgekomen proceskosten tot een bedrag van NAf 1.400,00 (zegge: veertienhonderd gulden), geheel toe te rekenen aan de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand;
gelastdat de Sociale Verzekeringsbank het door [appellant] voor de behandeling van het beroep en hoger beroep betaalde griffierecht van NAf 450,00 (zegge: vierhonderdvijftig gulden)
vergoedt.