Op 30 augustus 2023 heeft het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten uitspraak gedaan in twee samenhangende zaken, SXM202300861 en SXM202300734, waarbij Boss B.V. als verzoekster optrad tegen een werkneemster. De zaak betrof de vraag of de arbeidsovereenkomst tussen partijen was geëindigd op 14 juli 2023, in het licht van de nieuwe wetgeving die op 1 oktober 2022 in werking is getreden. De rechter heeft vastgesteld dat artikel 7:668a BW onmiddellijke werking heeft en dat er geen overgangsregeling is die deze werking kan belemmeren. Boss B.V. had kennis van de nieuwe wetgeving en had hierop kunnen anticiperen bij het aangaan van de derde arbeidsovereenkomst op 15 januari 2022. De rechter oordeelde dat het beroep van Boss op het vertrouwensbeginsel en andere rechtsbeginselen niet opging, en dat de arbeidsovereenkomst voortduurt totdat er rechtsgeldig een einde aan komt. Na de mondelinge uitspraak hebben partijen een minnelijke regeling bereikt, maar de rechter heeft de mondelinge uitspraak vastgelegd in een proces-verbaal. De beslissing van de rechter was dat het verzoek van Boss om te verklaren dat de arbeidsovereenkomst was geëindigd, werd afgewezen.