Uitspraak
1.PROCESVERLOOP
2.OVERWEGINGEN
Beroep niet tijdig beslissen op bezwaar
3.PROCESKOSTEN EN GRIFFIERECHT
Bezwaarfase
4.DE BESLISSING
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij:
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
In deze zaak, uitgesproken op 16 september 2022 door het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten, is het geschil ontstaan over het recht van belanghebbende op vergoeding van proceskosten en griffierecht. De belanghebbende had op 7 mei 2021 een naheffingsaanslag belasting op bedrijfsomzetten (BBO) ontvangen, waartegen zij op 11 mei 2021 bezwaar maakte. De Inspecteur heeft deze naheffingsaanslag op 30 september 2021 vernietigd. Belanghebbende heeft vervolgens op 15 februari 2022 beroep ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op het bezwaar, waarbij zij griffierecht heeft betaald van NAf 150.
De rechter oordeelde dat het beroep niet-ontvankelijk is, omdat de naheffingsaanslag al was vernietigd voordat het beroep werd ingesteld. Hierdoor had belanghebbende geen belang meer bij de uitspraak op het beroep. De rechter heeft ook overwogen dat er geen recht op proceskostenvergoeding bestaat, omdat de directeur van belanghebbende zelf het bezwaar en beroep heeft ingediend, en er geen sprake was van door een derde beroepsmatig verleende bijstand. Wel heeft de rechter geoordeeld dat belanghebbende recht heeft op vergoeding van het griffierecht, omdat zij ten tijde van het indienen van het beroep niet op de hoogte was van de vernietiging van de naheffingsaanslag.
De uitspraak benadrukt het belang van tijdige communicatie van de Inspecteur naar de belastingplichtige en de voorwaarden waaronder proceskosten kunnen worden vergoed in belastingzaken. De beslissing van het Gerecht was om het beroep niet-ontvankelijk te verklaren en de Inspecteur te verplichten het griffierecht van NAf 150 te vergoeden.