Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN SINT MAARTEN
1.Het procesverloop
- het ter griffie van het Gerecht ingediende verzoekschrift met producties van 9 februari 2021;
- de conclusie van antwoord met producties van 15 juni 2021;
- de conclusie van repliek met producties van 28 september 2021;
- de conclusie van dupliek met een productie van 23 november 2021;
- de akte uitlating productie van 11 januari 2022.
2.De feiten
Terug te ontvangen: NAf 174.705,00”
.
Letter dated February 26, 2019 ( verzoek teruggave WB 2011
3.Het geschil
door zich op haar bevoegdheid van verrekening te beroepen’. De rechtsgrond van verrekening is komen te vervallen na kwijtschelding van de ambtshalve opgelegde aanslagen. De vordering tot restitutie is niet eerder dan in na december 2018 opeisbaar geworden. Het beroep op verjaring van de Ontvanger dient dan ook te worden verworpen. Subsidiair, voert [eiseres] aan dat een betwiste belastingschuld niet met een belastingrestitutie mag worden verrekend. Meer subsidiair stelt [eiseres] dat niet mag worden verrekend met reeds verjaarde ambtshalve opgelegde belastingaanslagen. Ook handelt het Land c.s. in strijd met de beginselen van behoorlijk bestuur door onredelijk lang de tijd te nemen om te beslissen op de ambtshalve opgelegde aanslagen. Hierdoor maakt de Ontvanger ook misbruik van bevoegdheid. Dat is ook jegens [eiseres] onrechtmatig en de dientengevolge geleden schade heeft het Land c.s. aan [eiseres] te vergoeden.
4.De beoordeling
een gesloten systeem van invorderingbestaat. Het Land c.s. kan dus geen andere dwangmiddelen toepassen dan waarin de wet voorziet en aan hem toekent. Dit gesloten systeem heeft overigens slechts op invorderingsdwangmiddelen, zoals het aanvragen van het faillissement van een belastingschuldige of het leggen van een conservatoir beslag ten laste van een belastingschuldige. Dit gesloten systeem kan overigens niet afdoen aan de bevoegdheid van het Land c.s. om
alle civielrechtelijke verwerenuit het algemene vermogensrecht te voeren tegen een civiele vordering van de belastingschuldige tegen het Land c.s. waaronder, zonder uitputtend te zijn, een beroep op opschorting en/of beroep op verjaring en/of een beroep op verrekening, tenzij fiscale (invorderings-)voorschriften zich hiertegen verzetten. In het te beoordelen geval mag het Land c.s. zich dus beroepen op verjaring, verrekening en/of opschorting.
een ongerechtvaardigd [12] voordeelkan niet zonder meer een schending beginselen worden gebaseerd. Feiten en/of omstandigheden waarom desondanks de Ontvanger beginselen van behoorlijk bestuur heeft geschonden zijn niet aangevoerd. Nu een schending van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur derhalve niet mag worden aangenomen, is evenmin sprake van onrechtmatig handelen van het Land c.s.. Het Land c.s. heeft zich dus evenmin jegens [eiseres] schadeplichtig gemaakt. Aan misbruik van bevoegdheid legt [eiseres] geen bijzondere feiten en omstandigheden ten grondslag, zodat het Gerecht aan dit beroep voorbijgaat.