5.14.Ten aanzien van een aantal van de schadeposten wordt in aanvulling op het voorgaande nog het volgende overwogen.
- Aanpassing woning en voorzieningen dagelijks leven
Beide deskundigen achten het noodzakelijk dat [eiseres] zich zelfstandig kan bewegen in en rondom de woning. Om dit te bereiken moet de woning verder worden aangepast. De door de echtgenoot van [eiseres] reeds aangepaste badkamer is nog steeds te krap. Dons heeft de aanpassingskosten begroot op NAf 90.340,25.
Ook de kosten van de aangeschafte/nog aan te schaffen airco’s en de kosten voor het gebruik daarvan dienen door het Land vergoed te worden. De woning van [eiseres] was vóór het incident niet voorzien van airco’s, maar nu is zij aan een rolstoel gebonden en deels verlamd, terwijl zij volgens deskundige Zahavi door het ongeval ook een problematische warmteregulatie heeft. Airconditioning is voor [eiseres] dus, anders dan voor het ongeval, als een noodzaak en niet als (overbodige) luxe te beschouwen. De kosten van airconditioning zijn in redelijkheid toe te rekenen aan de onrechtmatige daad van het Land. Gelet evenwel op het verweer van het Land over het aantal airco’s en het (daardoor) te hoog berekende energieverbruik, zal het door [eiseres] op dit punt gevorderde bedrag slechts voor de helft worden aanvaard (waarbij ook op dit punt een berekening van de contante waarde zal moeten volgen).
- Kosten aangepaste auto
Als gevolg van het ongeval is [eiseres] niet meer in staat om zich zelfstandig te verplaatsen. Daarvoor is zij afhankelijk van andere mensen. Om de transfers te vergemakkelijken heeft [eiseres] volgens beide deskundigen een aangepaste auto nodig. De verwachting van de deskundigen is dat zij tot haar 80ste in staat zal zijn om deze aangepaste auto zelf te besturen. Dons heeft de kosten voor de aanschaf van een aangepaste auto bij Autocity begroot op NAf 66.411. Het Land heeft echter op goede grond aangevoerd dat de kosten van een (andere) auto niet volledig aan het ongeval zijn toe te schrijven. Het gaat om het verschil in kosten tussen een auto die aangepast kan worden en aangepast is voor gebruik door [eiseres] en de kosten van een auto die zij normaalgesproken, zonder het ongeval, zou hebben gehad. Het gerecht begroot deze meerkosten op NAf 25.000.
- Verpleegkundige hulp- en mantelzorg, huishoudelijke hulp en therapie
Sinds het ongeval is [eiseres] ook voor haar persoonlijke verzorging afhankelijk van anderen. Zo heeft zij onder meer hulp nodig bij het aankleden en het douchen. In de periode na het ongeval deed haar – inmiddels in 2022 overleden - echtgenoot alles voor haar. Ook de huishoudelijke taken heeft de echtgenoot van [eiseres] op zich genomen.Voldoende is gebleken dat [eiseres] vóór het ongeval in een normale gezondheid verkeerde en zonder beperkingen leefde. Zij was in staat voor zichzelf te zorgen en de huishoudelijke taken werden door haarzelf verricht. Een voldoende gemotiveerde betwisting van het Land is uitgebleven.
Ten aanzien van de watertherapie is van belang om te vermelden dat zowel Dons als Zahavi hebben geadviseerd om deze voort te zetten. Watertherapie is een geschikte methode om lichamelijk actief te blijven en verdere verslechtering van de gezondheid tegen te gaan. [eiseres] betaalt de kosten van watertherapie en fysiotherapie zelf, omdat zij het maximum aantal behandelingen per jaar dat door de Basisverzekering Ziektekosten wordt vergoed heel snel overschrijdt. Gelet hierop zal dan ook voorbij worden gegaan aan het standpunt van het Land dat de kosten door de Sociale Verzekeringsbank gedekt zouden moeten worden.
Deskundige Dons heeft de kosten voor verpleegkundige hulp- en mantelzorg, huishoudelijke hulp en therapie voor de rest van de verwachte levensduur van [eiseres]begroot op NAf 2.197.004. Een voldoende gemotiveerde betwisting van het Land is uitgebleven, waardoor van dit bedrag – maar dan contant gemaakt – zal worden uitgegaan.
- Verlies zelfwerkzaamheid bijstand moeder
[eiseres] hielp haar moeder, maar was daartoe na het ongeval niet meer in staat. Daardoor heeft [eiseres]s moeder kosten moeten maken. Het gevorderde bedrag van NAf 14.300 zal worden afgewezen. Het gaat hier om verzorgingskosten die ten behoeve van de moeder van [eiseres] zijn gemaakt, niet ten behoeve van [eiseres] zelf. Dit is naar het oordeel van het gerecht niet als voor vergoeding in aanmerking komend verlies van zelfwerkzaamheid aan te merken, ook niet als [eiseres] de desbetreffende kosten voor haar rekening heeft genomen. Het gevorderde bedrag zal daarom bij het eindvonnis worden afgewezen.
- Netto verlies arbeidsvermogen
Dons heeft gerapporteerd over de mogelijkheden tot werkhervatting. Weliswaar wordt [eiseres] slechts voor 50% arbeidsongeschikt beschouwd voor de maatgevende arbeid, maar in de praktijk is en blijft het moeilijk om haar in te zetten op werk. [eiseres] is rolstoelafhankelijk, waardoor het gebouw waarin zij haar werkzaamheden moet verrichten rolstoeltoegankelijk en rolstoelvriendelijk moet zijn. [eiseres]s voormalig werkgever de belastingdienst (dus het Land) heeft die voorzieningen niet kunnen bieden. Dat [eiseres], zoals het Land stelt, haar schade had kunnen beperken door 50% te gaan werken, is dan ook vooral theoretisch, niet realistisch.
Volgens Dons had [eiseres] zonder ongeval (net zoals enkele van haar collega’s hebben gedaan) tot zes jaar na haar pensioen kunnen doorwerken. De schade baseert Dons echter op de verlenging van de arbeidsverhouding met de belastingdienst op contractbasis (3 jaar/salarisslip periode 8-2013). Zij komt uit op een brutobedrag van NAf 275.328. [eiseres] heeft een nieuwe berekening gemaakt (zes jaar/salarisslip januari 2014). Zij komt uit op een nettobedrag van NAf 373.932. Een voldoende gemotiveerde betwisting van deze schadepost zijdens het Land is uitgebleven. Het gevorderde bedrag zal worden toegewezen.
- Netto gederfde huurinkomsten
Het gevorderde bedrag van NAf 233.280 zal worden afgewezen. [eiseres] stelt dat eenbouwproject aan de Seru Loraweg door het ongeval een vertraging van drie jaar heeft opgelopen, waardoor zij en haar man huurinkomsten over de periode van drie jaar hebben misgelopen.
In 2014 was de bouw van de appartementen nog niet aangevangen. Het is ook niet duidelijk of dit zonder het ongeval het geval zou zijn geweest. Daarnaast staat niet vast dat de appartementen zouden zijn verhuurd, zoals door [eiseres] gesteld. Het een en ander is te onzeker en te ver verwijderd om te spreken van schade als gevolg van het ongeval. Daarom zal het gevorderde bedrag bij het eindvonnis worden afgewezen.
- Immateriële schade (smartengeld)
[eiseres] heeft als gevolg van het ongeval een dwarslaesie opgelopen, waardoor zij voor de rest van haar leven aan een rolstoel gebonden zal zijn. Sinds het ongeval staat het leven van [eiseres] deels in het teken van het voorkomen van doorligwonden en doorzitwonden en voor haar persoonlijke verzorging is zij afhankelijk van anderen. Dit terwijl [eiseres] voor het ongeval een zelfstandige, werkzame vrouw was, die deed aan sport en sociaal actief was. Kortom, het ongeval heeft het leven van [eiseres] ingrijpend veranderd.
Immateriële schade heeft een hoogstpersoonlijk karakter. Het gaat daarbij om een vergoeding die naar zijn aard bestemd is om te dienen als genoegdoening en compensatie voor het leed – zoals pijn, verdriet en gederfde levensvreugde – dat een slachtoffer heeft ondergaan.
Beide partijen hebben voor de begroting van de immateriële schade verwezen naar een aantal uitspraken, waarbij sprake is van uiteenlopende feiten en omstandigheden. [eiseres] komt tot een smartengeld van NAf 430.000, terwijl het Land eerder een bedrag tussen de NAf 94.538 en NAf 110.526 aangewezen voorkomt.
Het gerecht acht, gelet op alle omstandigheden van dit specifieke geval en gelet op de bedragen die hier te lande in enigszins vergelijkbare zaken zijn toegewezen, een bedrag van NAf 100.000 aan immateriële schade, billijk en passend.
- Verschenen schade
[eiseres] vordert een vergoeding van NAf 1.213 voor verpleegkundige hulp die gedurende vier maanden aan haar is verleend. Voorts vordert [eiseres] een vergoeding van NAf 44.800 voor de mantelzorg die vanaf 1 november 2014 tot en met 30 november 2017 is verleend door haar echtgenoot. Ten slotte vordert [eiseres] een vergoeding van NAf 16.000 voor huishoudelijke hulp. Het totaalbedrag van NAf 62.013,40 zal bij het eindvonnis worden afgewezen, omdat dit bedrag wordt geacht inde overige toegewezen schadeposten, in het bijzonder de post van NAf 2.197.004 voor verpleegkundige hulp- mantelzorg/huishoudelijke hulp/therapie,te zijn inbegrepen.
- Buitengerechtelijke kosten
Debeoordeling van de schade terzake buitengerechtelijke kosten (de kosten die zijn gemaakt ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid en ter verkrijging van voldoening buiten rechte) zal worden aangehouden totdat eindvonnis kan worden gewezen.