Uitspraak
1.HET PROCESVERLOOP
2.FEITEN
3.GESCHIL
4.BEOORDELING VAN HET BEROEP
Ontvankelijkheid beroep
5.PROCESKOSTENVERGOEDING EN GRIFFIERECHT
6.DE BESLISSING
twee maandenna de verzenddatum hoger beroep instellen bij:
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao op 6 november 2020 uitspraak gedaan over het beroep van een belanghebbende tegen een aanslag inkomstenbelasting voor het jaar 2013. De belanghebbende had bezwaar gemaakt tegen de aanslag en een verzuimboete, maar werd door de Inspecteur niet-ontvankelijk verklaard in zijn bezwaar. De belanghebbende heeft vervolgens op 31 januari 2020 beroep ingesteld, maar dit beroep werd te laat ingediend, waardoor het Gerecht de ontvankelijkheid moest beoordelen. Het Gerecht concludeerde dat het beroep niet-ontvankelijk was, omdat het buiten de wettelijke termijn van twee maanden was ingediend. Er werden geen bijzondere omstandigheden aangevoerd die de niet-ontvankelijkheid konden rechtvaardigen.
Ten overvloede ging het Gerecht in op de ambtshalve vermindering van de aanslag door de Inspecteur. De Inspecteur had de aanslag verminderd naar een belastbaar inkomen van NAf 102.997, maar had geen verrekening toegepast van de ingehouden loonbelasting. Het Gerecht merkte op dat volgens de wet de Inspecteur verplicht was om de voorheffingen volledig te verrekenen, en dat de Inspecteur op de zitting had toegezegd deze verrekening toe te passen. De uitspraak eindigde met de beslissing dat het beroep niet-ontvankelijk werd verklaard, zonder dat er een inhoudelijke beoordeling van de zaak plaatsvond.