ECLI:NL:OGEAA:2020:283

Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba

Datum uitspraak
7 juli 2020
Publicatiedatum
15 juli 2020
Zaaknummer
AUA202000334
Instantie
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beëindiging gezamenlijk gezag over minderjarige na verslechterde communicatie tussen ouders

In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 7 juli 2020 uitspraak gedaan in een verzoek tot beëindiging van het gezamenlijk gezag over een minderjarige. De moeder, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. N.S. Gravenstijn, heeft verzocht om het gezag te wijzigen, zodat zij alleen met het ouderlijk gezag over de minderjarige belast zou worden. De vader, die zonder bekende woon- of verblijfplaats was, is niet verschenen op de zitting. De procedure begon met een verzoekschrift dat op 3 februari 2020 werd ingediend, gevolgd door producties en een minderjarigenverhoor op 2 juni 2020.

De feiten van de zaak tonen aan dat de minderjarige, geboren op 18 januari 2009, door de vader is erkend. De ouders zijn op 26 april 2011 in Aruba getrouwd, maar de echtscheiding werd uitgesproken op 19 juni 2017. Sinds de echtscheiding is er een gebrek aan communicatie tussen de ouders, wat heeft geleid tot de huidige situatie waarin de vader Aruba heeft verlaten zonder contactgegevens achter te laten. De moeder heeft aangegeven dat de vader geen medewerking verleent aan zaken die de minderjarige aangaan, zoals het vernieuwen van haar paspoort.

Het Gerecht overweegt dat, op basis van artikel 1:253n van het Burgerlijk Wetboek van Aruba, het gezamenlijk gezag kan worden beëindigd indien de omstandigheden zijn gewijzigd. In dit geval is er sprake van een onaanvaardbaar risico voor de minderjarige, aangezien de vader feitelijk geen gezag uitoefent en er geen communicatie tussen de ouders is. Het belang van de minderjarige vereist dat de moeder alleen met het gezag wordt belast. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de kosten zijn gecompenseerd, waarbij elke partij haar eigen kosten draagt.

Uitspraak

Beschikking van 7 juli 2020
behorend bij EJ nr. AUA202000334
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN ARUBA
BESCHIKKING
op het verzoek van
[naam moeder],
wonende in Aruba,
verzoekster, hierna de moeder,
gemachtigde: de advocaat mr. N.S. Gravenstijn,
tegen:
[naam vader],
verweerder, hierna de vader,
zonder bekende woon- en/of verblijfplaats,
niet verschenen.
Belanghebbenden:
[naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] in Nederland,
de minderjarige.

1.DE PROCEDURE

1.1
De procedure blijkt uit:
  • het verzoekschrift ingediend op 3 februari 2020,
  • de producties zijdens de moeder, ingediend op 28 mei 2020;
  • het minderjarigenverhoor van 2 juni 2020;
  • de mondelinge behandeling ter zitting van 2 juni 2020, in aanwezigheid van de moeder in persoon bijgestaan door haar gemachtigde en de heer [naam raadsonderzoeker] namens de Voogdijraad. De vader heeft geen verweerschrift ingediend en is, ondanks daartoe behoorlijk te zijn opgeroepen, niet verschenen.
1.2
De uitspraak is bepaald op heden.

2.DE FEITEN

2.1
Uit de relatie tussen partijen is op 18 januari 2009 in Nederland geboren de minderjarige [naam minderjarige] (hierna: de minderjarige). De minderjarige is door de vader erkend.
2.2
Partijen zijn op 26 april 2011 in Aruba met elkaar getrouwd.
2.3
Bij beschikking van dit Gerecht van 19 juni 2017 (EJ 713-2017) is de echtscheiding tussen partijen uitgesproken. Conform de verklaring van de griffier van 2 augustus 2017 is bedoelde beschikking in kracht van gewijsde gegaan op 1 augustus 2017.
2.4
Bij beschikking van dit Gerecht van 19 februari 2018 (EJ 713-2017/AUA201700600) is onder meer bepaald dat partijen gezamenlijk belast blijven met de uitoefening van het gezag over de minderjarige en dat partijen moeten deelnemen dan wel ten volle meewerken aan mogelijke door of vanwege de Voogdijraad te geven communicatiebegeleiding.
2.5
De vader heeft zich op 16 oktober 2019 uit het bevolkingsregister van Aruba laten uitschrijven, met als plaats van bestemming: Nederland.

3.HET VERZOEK

3.1
Het verzoek strekt ertoe dat het Gerecht, bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren beschikking, het gezag wijzigt, in die zin dat de moeder voortaan alleen met het ouderlijk gezag over de minderjarige wordt belast.
3.2
Ter onderbouwing van haar verzoek heeft de moeder gesteld dat de communicatie tussen partijen met de tijd is verslechterd en dat er reeds jaren geen enkele vorm van communicatie is tussen de ouders, dat de vader reeds jaren verzuimd heeft enige medewerking te verlenen aan alles wat moeder verzocht heeft, waaronder de medewerking tot het vernieuwen van het paspoort van de minderjarige, zodat de minderjarige thans niet in het bezit is van een geldig reisdocument. Verder heeft de moeder gesteld dat partijen al jaren geen enkele invulling hebben gegeven aan het gezamenlijk gezag en dat dit niet in het belang is van de minderjarige, en dat de vader zonder enige mededeling aan de moeder Aruba heeft verlaten, zonder achterlating van enige contactgegevens, zodat moeder niet in staat is om contact met vader op te nemen over de minderjarige.

4.DE BEOORDELING

4.1
Ingevolge artikel 1:253n van het Burgerlijk Wetboek van Aruba (BW) kan de rechter op verzoek van de niet met elkaar gehuwde ouders of een van hen het gezamenlijk gezag beëindigen, indien nadien de omstandigheden zijn gewijzigd of bij het nemen van de desbetreffende beslissing van onjuiste of onvolledige gegevens is uitgegaan. Het Gerecht overweegt dat slechts in uitzonderingsgevallen kan worden aangenomen dat het belang van het kind vereist dat een van de ouders met het gezag wordt belast, zoals met name indien de (communicatie)problemen tussen de ouders zodanig ernstig zijn dat er een onaanvaardbaar risico bestaat dat het kind bij gezamenlijk gezag van de ouders klem of verloren raakt tussen de ouders en niet te verwachten valt dat hierin binnen afzienbare tijd voldoende verbetering komt. (HR 18 maart 2005, LJN AS8525; vgl. HR 10 september 1999, NJ 2000, 20).
4.2.
Uit de stukken en het verhandelde ter zitting is gebleken dat de vader zonder de moeder te berichten Aruba heeft verlaten en dat er nu geen enkele vorm van communicatie is tussen de ouders. De moeder heeft geen contactgegevens van de vader. Naar het oordeel van het Gerecht bestaat er, nu de vader het gezag feitelijk niet uitoefent, een onaanvaardbaar risico dat de minderjarige bij voortzetting van het gezamenlijk gezag klem of verloren zal raken. In dit geval vereist het belang van de minderjarige dat de moeder met het gezag over haar wordt belast.

5.DE BESLISSING

Het gerecht:
beëindigt het gezamenlijk gezag van [naam vader] en [naam moeder] over de minderjarige [naam minderjarige], geboren op [geboortedatum] in Nederland,
bepaalt dat het gezag over voornoemde minderjarige voortaan alleen aan de moeder, [naam moeder], toekomt,
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad,
compenseert de kosten, in die zin dat elke partij de eigen kosten draagt,
wijst af het anders of meer verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.M.J. Keltjens, rechter in dit gerecht, ter zitting van 7 juli 2020 in aanwezigheid van de griffier.