In deze zaak heeft de vader verzocht om wijziging van het gezag over zijn minderjarige kind, zodat hij gezamenlijk met de moeder of alleen het gezag zou krijgen. De procedure is gestart na een eerdere beschikking van 6 december 2016, waarin de Voogdijraad was verzocht om onderzoek te doen naar de sociale omstandigheden van de ouders. Op 23 mei 2017 heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba uitspraak gedaan. De Voogdijraad concludeerde dat de ouders in staat zijn om gezamenlijk beslissingen te nemen over hun kind, maar de ouders zelf waren het niet eens met dit advies en stelden dat de communicatie tussen hen onvoldoende was voor een goede uitoefening van gezamenlijk gezag. Het gerecht oordeelde dat er onvoldoende basis was voor gezamenlijk gezag, omdat de communicatie tussen de ouders niet adequaat was en er een risico bestond dat het kind klem zou raken tussen de ouders. Het gerecht heeft daarom besloten dat de moeder alleen met het gezag over de minderjarige belast zou worden. Daarnaast is vastgesteld dat het hoofdverblijf van de minderjarige bij de moeder zal zijn. De omgangsregeling tussen de ouders en de minderjarige is vastgesteld, waarbij de vader en de moeder om en om zorg dragen voor de minderjarige. De moeder is tevens toegestaan om kosteloos te procederen, en de proceskosten zijn gecompenseerd.