ECLI:NL:OGEAA:2015:104
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering optieverklaring tot verkrijging van het Nederlanderschap wegens verblijfsgaten
In deze zaak heeft het Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba op 22 juni 2015 uitspraak gedaan in een beroep tegen de weigering van de optieverklaring tot verkrijging van het Nederlanderschap door de Gouverneur van Aruba. Appellante, die in Aruba woont, had op 30 januari 2015 beroep ingesteld tegen de beslissing van de Gouverneur, die op 19 december 2014 haar bezwaar tegen de weigering ongegrond had verklaard. De Gouverneur stelde dat appellante niet voldeed aan de vereisten voor het verkrijgen van het Nederlanderschap, omdat zij niet gedurende een onafgebroken periode van vijftien jaren in Aruba had verbleven. Appellante betwistte de verblijfsgaten die door de Gouverneur waren vastgesteld en voerde aan dat haar verblijfspositie in de tussentijd was verbeterd door een verklaring van toelating van rechtswege. De rechter oordeelde echter dat de verblijfsgaten, die waren vastgesteld op basis van informatie van de DIMAS, niet konden worden genegeerd. De aan appellante in 2014 verstrekte vergunning tot verblijf voor onbepaalde duur heelt deze verblijfsgaten niet. De rechter concludeerde dat het beroep ongegrond was en dat het Nederlanderschap niet kon worden verkregen door de werking van enig algemeen beginsel van behoorlijk bestuur. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier en er staat hoger beroep open bij het Hof.