Uitspraak
1.Procesverloop
De advocaat van Bestseller c.s. heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
11 april 2025.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 11 april 2025 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tussen Bestseller c.s. en OFM c.s. De zaak betreft een geschil over inbreuk op het merkenrecht en de toepassing van de neutralisatieleer. Bestseller c.s., vertegenwoordigd door advocaat T. Cohen Jehoram, hebben cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Den Haag, dat op 16 januari 2024 werd gewezen. OFM c.s., vertegenwoordigd door advocaat A.M. van Aerde, hebben een verweerschrift ingediend. De Hoge Raad heeft de klachten van Bestseller c.s. beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest van het hof. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien de beoordeling van de klachten niet vereist dat er antwoorden worden gegeven op vragen die van belang zijn voor de ontwikkeling van het recht. De Hoge Raad heeft Bestseller c.s. in de proceskosten verwezen, die zijn begroot op € 15.000,--, vermeerderd met wettelijke rente indien deze kosten niet binnen veertien dagen na de uitspraak zijn voldaan. De uitspraak is gedaan door de raadsheren C.E. du Perron, F.R. Salomons, K. Teuben, en openbaar uitgesproken door raadsheer A.E.B. ter Heide.