Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.OFM B.V.,
[naam] Holding B.V.,
1.Aktieselskabet af 21. November 2001,
Bestseller A/S,
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 18 maart 2022, waarmee OFM c.s. in hoger beroep is gekomen van het vonnis van de rechtbank Den Haag van 22 december 2021;
- de memorie van grieven van OFM c.s., met bijlagen;
- de memorie van antwoord tevens houdende incidenteel appel van Beststeller c.s., met bijlagen;
- de memorie van antwoord in incidenteel appel van OFM c.s., met een bijlage;
- de bijlagen 30 tot en met 38 die OFM c.s. en de bijlagen 27 tot en met 33 die Beststeller c.s. ter gelegenheid van de hierna te noemen mondelinge behandeling hebben overgelegd.
3.Feitelijke achtergrond
- het Uniewoordmerk ONLY, op 25 september 1997 aangevraagd en op 7 januari 2000 geregistreerd met nummer 000638833 voor waren in de klassen 14, 18, 25;
- het Beneluxwoordmerk ONLY, op 12 oktober 1995 gedeponeerd en op 1 oktober 1996 ingeschreven met nummer 0584120 voor waren in de klasse 25 (kledingstukken en schoeisel).
- your client changes its use the letter "O" within 2 months, including on marketing material
- the new font must be approved by our client
- onder meer - het volgende meegedeeld:
Undertakingopgenomen:
4.Procedure bij de rechtbank
5.Vordering in hoger beroep
6.Beoordeling in hoger beroep
Bevoegdheid
“word elements ONLY FOR MEN”.Hier kan volgens Bestseller c.s. niets anders worden bedoeld dan de woordelementen van de
“figurative combination”.Bestseller c.s. heeft zich verder op het standpunt gesteld dat waar de Overeenkomst verwijst naar ‘
the trademark ONLY FOR MEN”daaruit niet kan worden afgeleid dat daarmee specifiek wordt gedoeld op het 2007-merk. Er wordt niet verwezen naar een specifieke registratie. De Overeenkomst strekt volgens Beststeller c.s. daarom verder dan het toegestane gebruik van het gewijzigde logo.
“the trademark ONLY FOR MEN”in punten 1, 2 en 3 van de Overeenkomst en de overgelegde correspondentie (zie hierboven onder 3.5 tot en met 3.11) die voorafgaand aan de Overeenkomst is gevoerd tussen partijen en die begint met een brief van de gemachtigde van Beststeller c.s. van 6 juli 2007 waarin deze verwijst naar het depot van [holding] van het 2007-merk. Daarna heeft de gemachtigde van Bestseller c.s. op 13 september 2007 aan OFM c.s. geschreven dat hij inmiddels een oppositie had ingediend tegen de inschrijving van het 2007-merk en hebben partijen verder gecorrespondeerd, hetgeen heeft geleid tot de Overeenkomst, die is opgezet als een verbintenis
(“undertaking”) in ruil voor intrekking van die oppositie. Daaruit kan worden afgeleid dat Bestseller c.s. op de hoogte is geraakt van de inschrijving van het 2007-merk en dat zij bang was voor verwarringsgevaar. Vervolgens heeft Bestseller c.s. aangegeven dat er in haar ogen geen verwarringsgevaar was: het teken is immers
“always used in combination with the device element”.Aan OFM c.s. kan worden toegegeven dat de discussie zich verder alleen op het gebruikte lettertype (van met name de O) lijkt te hebben gericht, maar de Overeenkomst zelf heeft een uitgebreidere strekking. In punt 4 van de Overeenkomst wordt immers verwezen naar de
“word elements ONLY FOR MEN”. Met Beststeller c.s. is het hof van oordeel dat deze verwijzing niet anders kan worden begrepen dan dat deze ziet op de woorden Only for Men in het gewijzigde logo. Een ruimere uitleg, namelijk dat OFM c.s. de woordelementen altijd mag gebruiken (dus ook anders dan in het gewijzigde logo), maar enkel in het lettertype Helvetica Neue 83 Heavy Extended, kan in de Overeenkomst niet worden gelezen. Dat partijen deze bedoeling hebben gehad valt evenmin uit de correspondentie af te leiden. De Overeenkomst regelt daarom niet meer en niet minder dan het gebruik door OFM c.s. van het 2007-merk.