ECLI:NL:HR:2025:234
Hoge Raad
- Artikel 80a RO-zaken
- Rechtspraak.nl
Cassatieberoep niet-ontvankelijk verklaard in belastingzaak betreffende AOW-uitkering
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 14 februari 2025 uitspraak gedaan in het cassatieberoep van belanghebbende, aangeduid als [X], tegen de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 22 maart 2024, nummer 23/2553 AOW. Dit hoger beroep was gericht tegen een eerdere uitspraak van de Rechtbank Amsterdam, nummer 22/4703, die betrekking had op een besluit van de Sociale Verzekeringsbank ingevolge de Algemene Ouderdomswet (AOW). De Hoge Raad heeft de ontvankelijkheid van het cassatieberoep beoordeeld en geconcludeerd dat de klachten over de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep niet kunnen slagen. Daarom heeft de Hoge Raad besloten om het beroep in cassatie niet-ontvankelijk te verklaren, gebruikmakend van artikel 80a van de Wet op de rechterlijke organisatie. Tevens heeft de Hoge Raad geen aanleiding gezien om een veroordeling in de proceskosten uit te spreken. Deze beslissing is genomen door de vice-president J.A.R. van Eijsden, samen met de raadsheren M.T. Boerlage en A.E.H. van der Voort Maarschalk, en is openbaar uitgesproken op de genoemde datum.