Uitspraak
1.Procesverloop
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
21 juni 2024.
Hoge Raad
In deze zaak, geregistreerd onder ECLI:NL:HR:2024:925, hebben de eisers, Accon AVM Belastingadvies B.V. en Accon AVM Accountants B.V., beroep in cassatie ingesteld tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Dit arrest volgde op een eerdere uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland. De zaak betreft de ontbinding en vereffening van een vennootschap en de vraag of er sprake is van benadeling van de huwelijksgemeenschap. De eisers hebben hun beroep ingesteld na het verstek dat tegen de vrouw, de verweerder in cassatie, is verleend. De Advocaat-Generaal W.L. Valk heeft geconcludeerd tot verwerping van het cassatieberoep.
De Hoge Raad heeft de klachten van de eisers over het arrest van het hof beoordeeld en geconcludeerd dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest. De Hoge Raad heeft geen verdere motivering gegeven, aangezien het niet nodig was om vragen te beantwoorden die van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals vermeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.
In de beslissing heeft de Hoge Raad het beroep verworpen en de eisers veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de vrouw zijn begroot op nihil. Dit arrest is uitgesproken op 21 juni 2024 door de raadsheren C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff, F.J.P. Lock, en A.E.B. ter Heide.