ECLI:NL:HR:2024:1388

Hoge Raad

Datum uitspraak
8 oktober 2024
Publicatiedatum
3 oktober 2024
Zaaknummer
22/04777
Instantie
Hoge Raad
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Cassatie
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging en terugwijzing van de zaak na afwijzing aanhoudingsverzoek door het hof

In deze zaak heeft de Hoge Raad op 8 oktober 2024 uitspraak gedaan in het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 15 december 2022. De zaak betreft de verdachte, geboren in 1996, die in cassatie is gegaan tegen een eerdere veroordeling voor het opzettelijk aanwezig hebben van cocaïne en heroïne, zoals geregeld in de Opiumwet. De advocaat van de verdachte, E.E.W.J. Maessen, heeft een cassatiemiddel ingediend, waarin werd geklaagd over de afwijzing van een verzoek tot aanhouding van de behandeling van de zaak door het hof. Dit verzoek was gedaan op grond van ziekte van de verdachte, maar het hof achtte de verhindering door ziekte niet aannemelijk.

De Hoge Raad heeft het cassatiemiddel gegrond verklaard en de redenen voor deze beslissing zijn te vinden in een eerder arrest (ECLI:NL:HR:2024:1387). De Hoge Raad heeft de uitspraak van het hof vernietigd en de zaak teruggeworpen naar het gerechtshof 's-Hertogenbosch, zodat deze opnieuw kan worden berecht en afgedaan. Dit arrest is gewezen door de vice-president M.J. Borgers als voorzitter, samen met de raadsheren A.L.J. van Strien en F. Posthumus, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.

Uitspraak

HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
STRAFKAMER
Nummer22/04777
Datum8 oktober 2024
ARREST
op het beroep in cassatie tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 15 december 2022, nummer 20-000785-21, in de strafzaak
tegen
[verdachte],
geboren in [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1996,
hierna: de verdachte.

1.Procesverloop in cassatie

Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft E.E.W.J. Maessen, advocaat in Maastricht, bij schriftuur en aanvullende schriftuur een cassatiemiddel voorgesteld.
De advocaat-generaal D.J.M.W. Paridaens heeft geconcludeerd tot vernietiging van de uitspraak van het hof en tot terugwijzing van de zaak naar het gerechtshof ’s-Hertogenbosch, opdat deze opnieuw wordt berecht en afgedaan.

2.Beoordeling van het cassatiemiddel

2.1
Het cassatiemiddel klaagt over de afwijzing door het hof van het verzoek tot aanhouding van de behandeling van de zaak.
2.2
Het cassatiemiddel slaagt. De redenen daarvoor staan vermeld in het arrest dat de Hoge Raad vandaag heeft uitgesproken in de zaak 22/04776, ECLI:NL:HR:2024:1387.

3.Beslissing

De Hoge Raad:
- vernietigt de uitspraak van het hof;
- wijst de zaak terug naar het gerechtshof ’s-Hertogenbosch, opdat de zaak opnieuw wordt berecht en afgedaan.
Dit arrest is gewezen door de vice-president M.J. Borgers als voorzitter, en de raadsheren A.L.J. van Strien en F. Posthumus, in bijzijn van de waarnemend griffier E. Schnetz, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
8 oktober 2024.