Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van het vijfde cassatiemiddel
3.Beoordeling van de overige cassatiemiddelen
4.Beslissing
27 juni 2023.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 27 juni 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. De zaak betreft de verdachte die beschuldigd werd van mishandeling van een politieambtenaar door deze een kopstoot te geven, in strijd met artikel 300.1 jo 304.3 van het Wetboek van Strafrecht. De verdachte had in hoger beroep verzocht om het overleggen van nieuwe stukken en kleurenfoto's tijdens zijn laatste woord, maar het hof heeft dit verzoek afgewezen. De advocaat-generaal D.J.M.W. Paridaens heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en terugwijzing naar het gerechtshof.
De Hoge Raad heeft in zijn beoordeling de relevante overwegingen herhaald uit een eerdere uitspraak (ECLI:NL:HR:2021:1503) over de bevoegdheid van de verdachte om nieuwe bescheiden of stukken van overtuiging over te leggen in hoger beroep. De Hoge Raad oordeelt dat het hof zijn beslissing om het overleggen van de stukken en foto’s niet toe te staan, ontoereikend heeft gemotiveerd. Het hof had slechts het moment van het verzoek in aanmerking genomen, zonder de beginselen van een goede procesorde in acht te nemen. Hierdoor is de beslissing van het hof vernietigd en is de zaak terugverwezen naar het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden voor een nieuwe behandeling.
Deze uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige motivering door de rechter bij het afwijzen van verzoeken tot het overleggen van nieuwe stukken in hoger beroep, en bevestigt de rechten van de verdachte in het proces.