Uitspraak
1.Procesverloop in cassatie
2.Beoordeling van het eerste cassatiemiddel
3.Beoordeling van het tweede cassatiemiddel
4.Beslissing
20 juni 2023.
Hoge Raad
In deze zaak heeft de Hoge Raad op 20 juni 2023 uitspraak gedaan in een cassatieprocedure tegen een arrest van het gerechtshof 's-Hertogenbosch van 1 juli 2021. De verdachte, geboren op 12 februari 1997, was betrokken bij een gewelddadige woningoverval op een minder valide man, waarbij geld, telefoons en rookwaar werden gestolen. De Hoge Raad heeft de klacht over de bewezenverklaring van het medeplegen van diefstal met geweld verworpen, omdat het hof voldoende bewijs had voor nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en de medeverdachte. Daarnaast werd er een klacht ingediend over de veroordeling in de proceskosten van de benadeelde partijen. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat het hof de benadeelde partijen heeft veroordeeld in de proceskosten van de verdachte, welke kosten tot aan de datum van de uitspraak van het hof zijn begroot op nihil. De advocaat-generaal had geconcludeerd tot vernietiging van het bestreden arrest, maar uitsluitend voor zover het hof had bepaald dat de verdachte in de door de benadeelde partijen gemaakte kosten werd veroordeeld. De Hoge Raad heeft het beroep verworpen en de uitspraak van het hof zo verstaan dat de benadeelde partijen zijn veroordeeld in de proceskosten van de verdachte, die nihil zijn.