Uitspraak
1.Procesverloop
M.W. Bakker.
2.Beoordeling van het middel
3.Beslissing
F.J.P. Lock op
2 juni 2023.
Hoge Raad
In deze zaak hebben de eisers, bestaande uit [eiseres 1] B.V., [eiser 2] en [eiser 3], beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het gerechtshof Amsterdam. Dit arrest volgde op eerdere vonnissen van de rechtbank Noord-Holland en betrof een geschil over externe bestuurdersaansprakelijkheid, zoals geregeld in artikel 6:162 BW en artikel 2:11 BW. De Hoge Raad heeft de klachten van de eisers beoordeeld en geconcludeerd dat deze niet kunnen leiden tot vernietiging van het arrest van het hof. De Hoge Raad heeft daarbij geen motivering hoeven geven, omdat de vragen die aan de orde waren niet van belang zijn voor de eenheid of ontwikkeling van het recht, zoals bedoeld in artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie.
De Hoge Raad heeft het beroep van de eisers verworpen en hen veroordeeld in de kosten van het geding in cassatie, die aan de zijde van de verweerders, Allgo c.s., zijn begroot op € 7.115,-- aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente indien de eisers deze kosten niet binnen veertien dagen na de uitspraak voldoen. Dit arrest is gewezen op 2 juni 2023 en openbaar uitgesproken door de raadsheer F.J.P. Lock.